Category Archives: stadsplanning

Onduidelijkheden rondom het nieuwe kerkenplan (1)

We moeten ons eerst weer even kwaad maken, zie maar.
Vandaag bespreekt de gemeenteraad de fase 2 van het kerkenplan waar men met behulp van een studiebureau al minsten vier jaar aan heeft gewerkt. De pers kreeg alweer de primeur over her- of nevenbestemming voor 19 kerken van de 24.
In de toelichting van het punt op de dagorde van de gemeenteraad wordt over die plannen in het geheel niet gerept. De burgers en raadsleden krijgen een verwijzing naar een niet te raadplegen bijlage over de draagwijdte van het kerkenplan. Een andere bijlage omvat “de goedkeuring” van het bisdom. Ook niet te lezen.

Die zgn “goedkeuring” van het bisdom is al een eerste onduidelijkheid die vanavond in de gemeenteraad zou moeten uitgeklaard worden.
In de aflevering van “De Zevende Dag” van gisteren 31 maart vertelde de burgemeester dat het kerkenplan is tot stand gekomen “in consensus” met het bisdom. De redactie van “De Zevende Dag” was wel zo alert om hieromtrent even het bisdom te contacteren. En wat kreeg men van die kant te horen? “Het bisdom was geschrokken van dat plan!
Overigens is volgens de toelichting in de memorie van de gemeenteraad gen sprake van consensus. Er staat daar te lezen dat het plan tot stand kwam in overleg met vier parochiale entiteiten, twee voorzitters van de centrale kerkbesturen en vertegenwoordigers van stad en het studiebureau. Het plan kreeg daarna de goedkeuring van het bisdom.
“De Zevende Dag” legde dus nog wat meer het vuur aan de schenen van onze burgemeester en vroeg of of hij niet wat voortvarend was geweest en wel zeker was van die goedkeuring. Waarop Van Quickenborne kort en raadselachtig antwoordde: “Het is getekend.”

Maar wat is er eigenlijk ondertekend?
Dat is dan een tweede onduidelijkheid.
Deken Geert Morlion vond dat men zich eigenlijk nog in de “de fase van de intenties” bevond.
En waarlijk, als je de gazetten leest zijn nog maar weinig plannen echt concreet.
Volgens “Het Nieuwsblad” gaat het om 15 kerken waarvan men weet wat de bestemming zal worden. Volgens “Het Laatste Nieuws” is dit niet het geval.
Vier (of vijf?) kerken blijven gewoon dienst doen als kerk en de kerkgebouwen van Aalbeke en Bissegem krijgen een nevenbestemming. Dat is dus een totaal van 6 of 7 kerken waarvan de plannen nu waarlijk vast staan.

Over naar een derde onduidelijkheid.
Wat moet dat allemaal kosten?
De nog bestaande kerkfabrieken zullen zoals elk jaar nog wel hun nominatieve exploitatietoelage krijgen.
Maar wat met de kerken die herbestemd worden? Die worden in principe “aan de eredienst onttrokken” en eigendom van stad en moeten als dusdanig volkomen onderhouden worden? Of verkocht? Of deels verhuurd?
En wat zullen de kerken kosten die een herbestemming krijgen?
In “De Zevende Dag” maakte de burgemeester gewag van een investering van 10 miljoen euro, gespreid over 6 jaar. Hoe komt hij aan dat ronde bedrag als men van veel kerken nog niet helemaal weet wat ermee aan te vangen?




12 jaar nodig om alles te verkopen in Kortrijk

Het is Frédéric Vandenhende van de vastgoedadviseur ‘Investr”die dat zegt  in de zakenkrant “De Tijd” (pag. 5, rubriek “Vooraan”) van zaterdag 6 oktober.
We citeren:

“In Kortrijk is het gevaar op een overaanbod aan nieuwbouwwoningen extreem groot.  De voorbije tien jaren kwam er in Kortrijk maar een honderdtal gezinnen per jaar bij.  Al jaren is het aantal vergunde woningen er beduidend groter dan het aantal verkochte panden.  Tussen 2014 en 2016 werden er 987 appartementen vergund en maar 554 verkocht.  Met een kernversterkend beleid probeert Kortrijk zich aantrekkelijk te maken als woonstad.  Sites langs de Leie en in Overleie  bieden mogelijkheden voor nog eens liefst 1.000 wooneenheden.  Als de vraag er niet stijgt of het aanbod niet daalt, is met de huidige bevolkingsgroei twaalf jaar nodig om alle gekende nieuwe sites te verkopen.”

De titel van het stuk in de krant luidt: “Vastgoedontwikkelaars onderschatten risico op overaanbod in steden”.
Het overaanbod op de woningmarkt is wel plaatsgebonden.

P.S.
Geen idee of schepen Wout Maddens van stadsontwikkeling  om een reactie is gevraagd.

 

 

 

 

De Leiewerken Anders Bekeken

Geert Vandepitte (werkte voor de krant “De Tijd”) woont aan het Albertpark en heeft vanwege de Leiewerken al vele, vele jaren te kampen met wateroverlast. Pompt per dag 10.000 liter uit de kelder naar boven.  (Procedures blijven aanslepen.)
Vandaar dat hij  zich nu “man met de pomp” noemt.

Geert is nu gestart met een blog getiteld “De Leiewerken anders bekeken”.
Een ongelooflijk goed gedocumenteerd verhaal over de ellenlange (voor)geschiedenis van de verbreding van de Leie in stad en de aanleg van de 7 bruggen.
Een kafkaiaans en bijwijlen hilarisch verhaal. Over onkunde en ruzies en belangenbehartiging.  En met de namen en eigenschappen van de prota-  en antagonisten!

De pers moet er alleszins iets mee aanvangen.
Feiten uit zijn document kunnen zeker van pas komen in het komende grote lijsttrekkersdebat.

P.S.
Zie nog https://man-met-de-pomp.be

Eindafrekening van een onafgewerkt Overbekeplein.

Ga maar eens kijken (dan is er toch nog wat volk).
Aan de gaanderij is niks gedaan en de overdekte gang is troosteloos leeg.
Niettemin heeft het schepencollege het behaagd om een voorlopige oplevering te aanvaarden met een bijhorende eindafrekening.

De aanbesteding voor de herinrichting van het plein is in juni 2017 gegund aan de firma NV Wegenbouw Ockier uit Kuurne voor een bedrag van 363.503 euro (btw exclusief) of 439.838 euro (met BTW).
De vermoedelijke hoeveelheid in meer en in min is 87.417 euro.
Meerwerken zijn onder meer te wijten aan de extra aanleg van de groenzone Boerenhol, egalisatiewerken en het verbreden van de zitbankelementen.  Het groenonderhoud dat loopt over 2 jaar zit ook in de eindafrekening vervat.

Uiteindelijk komen we aan een eindbedrag van 485.233 euro of met BTW 587.132 euro.
De uitgevoerde meerwerken beperken zich tot 9,44 % van het gunningsbedrag.
Was het wat meer geweest, dan zou de kwestie terug voor de gemeenteraad moeten komen.  Nu kraait er geen haan naar.

Naschrift bij het “recht van anwoord” van Filip Canfyn (3)

In zijn brief van 31 mei (‘recht van antwoord’) steekt architect-ingenieur Filip Canfyn waarlijk sterk van wal.
Hij vindt dat ik in mijn stuk (van 24 mei) over de Bouwmeesterfilm en zijn bijdrage daarin “de bal zwaar mis sla”.
We gaan deze uitlating maar eens beschouwen als een stilistische hyperbool die wel een beetje inherent is aan de doorgaans nogal barokke schrijfstijl van de auteur.
Niet al te letterlijk op te nemen dus.
Want de heer Canfyn heeft factueel slechts één (niet essentiële) fout ontdekt in mijn reportage over die debatavond.  (Niet over de film.)  We schreven dat hij in 2011 ontslag nam als directeur stadsplanning en -ontwikkeling in Kortrijk, terwijl dat volgens hem gebeurde in het jaar 2013.

Ons stuk had het uiteindelijk enkel en alleen over één erg storende en niet te verstane gebeurtenis (een incident) op een Kortrijkse debatavond waarbij Vlaams Bouwmeester middels een film ” Plannen voor Plaats ” de grote lijnen van zijn meerjarenplan voorstelde.  In die documentaire kwam Kortrijk zelfs uitvoerig aan bod.
De landelijke filmvoorstellingen en de bijhorende nabesprekingen beogen overal  overduidelijk dat de kijkers  van de gemeenten waar de evenementen doorgaan daadwerkelijk worden betrokken bij de ‘denkoefening’.

Hier in Kortrijk is het seriële debat door de organisator ‘Vorming Plus’ van Kortrijk uitdrukkelijk gesteld in het teken van de komende gemeenteraadsverkiezingen. Uitdrukkelijk.
Hoe kan men dat beter doen dan door in te gaan op facetten van de plaatselijke of regionale ruimtelijke ordening, de successen en de mislukkingen, afgemeten aan de aanbevelingen van de Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck?

Zo hadden we bijv.  als meer gevoelige Kortrijkzaan persoonlijk wel eens willen weten wat gastspreker Filip Canfyn zoal kon denken (of dacht)  over het belangrijke Kortrijkse “pars pro toto”-geval van de grootscheepse verkaveling genaamd “Langwater”,  in verhouding tot de “betonstop”.
Maar dat kon dus niet. (” Ter Biest” nog daargelaten… De doortrekking van de Ringlaan . De overkapping dan.)

Canfyn liet al  meteen horen dat hij op geen enkele  wijze zou antwoorden op verwijzingen naar Kortrijkse stedenbouwkundige toestanden of gebeurtenissen.
Hij was dus beter thuis gebleven.  En wij ook.  (Weigert hij in andere gemeenten ook te spreken over plaatselijke feiten?)

In zijn “recht van  antwoord” verdedigt hij zijn houding op een wijze die ons helemaal niet kan bekoren.
Hij poneert:
“Mijn wereld is groter dan Kortrijk en ik heb geen enkele ambitie om te schoonmoederen. ”  (…) “Het is mijn taak om de thematiek en het discours open te breken, en ruimer te maken dan de eigen Kortrijkse achtertuin.”
Jawel, beste Filip Canfyn.
Maar we moeten toch ergens met een geval (pars pro toto) beginnen? (En dan toch niet in Ooigem, zoals in die gespreksavond in de Budascoop?)

Verder geeft Canfyn aan dat hij het in zijn schrijfsels nooit heeft over Kortrijk, behoudens twee uitzonderingen.  “Ik heb Kortrijk als pars pro toto genomen toen  ik het eens over de façaditis en over de K had.  That’s all.”

That’s all?
We herinneren ons een zeer fascinerend stuk over spannende verhoudingen  tussen Bernardo  Seccchi (ontwerper van de Grote Markt en de begraafplaats op Hoog Kortrijk),  zijn ‘kompane’ Paola Vigano en anderzijds Eduardo Souto De Moura (ontwerper van het crematorium ‘Uitzicht’),  plus waarlijk nog… broer Bart Canfyn en Filip Canfyn zelf.
Die stukken zijn dusdanig de moeite waard (soms dodelijk) dat we er nog willen op terugkomen .
En het boek “Wonen voor 200.000 euro all-in “ gaat toch alleszins tevens indirect ook over Kortrijkse problematiek?

P.S.
Canfyn heeft hierin gelijk.
Ik mag niet impliciet insinueren dat hij behoort tot het clubje van megalomane, meesmuilende architecten-urbanisten, werkzaam in Vlaanderen.  Ja, hij is daar echt te dissident voor.

 

Een brief van Filip Canfyn behandeld als recht van antwoord (2)

Geachte Frans Lavaert,

Mijn respect voor een kritische stem en dus ook die van u is grenzeloos maar zo’n stem moet wel hout snijden. Uw stukje (van een week geleden) over de Bouwmeesterfilm en mijn bijdrage daarin slaat de bal nogal zwaar mis en daarom wil ik reageren.

Sinds ik geen directeur stadsplanning en -ontwikkeling van de Stad Kortrijk meer ben (dus sinds 2013 en niet 2011, zoals u beweert) heb ik nooit nog publieke uitspraken gedaan over wat dan ook in onze stad. Bewust. Mijn wereld is immers groter dan Kortrijk en ik heb geen enkele ambitie om te schoonmoederen. Kijk er mijn boeken, opiniestukken en bijna 150 columns op architectura.be maar op na: nooit gaat het over Kortrijk. Twee uitzonderingen: ik heb Kortrijk als pars pro toto genomen toen ik het eens over de façaditis en over de K had. That’s all.

Binnen die optiek werk ik momenteel ook met Vormingplus ‘achter de schermen’ aan hun programma rond de gemeenteraadsverkiezingen: het is mijn taak de thematiek en het discours open te breken en ruimer te maken dan de eigen Kortrijkse achtertuin omdat stedelijkheid Kortrijk overstijgt. Dat is mijn afspraak met Vormingplus: ik doe dit als ik maar geen gedachten over Kortrijk zelf moet spuien. Ik wil dit zo en niemand anders heeft mij daartoe gedwongen.

Mijn consequent gedrag moet dus niet verdacht gemaakt worden. U moet mij dus geen oneer aandoen, zonder respect voor mijn blijvende inzet pro ware stedelijkheid.

Ik apprecieer ook niet dat ik impliciet mag delen in uw insinuaties over megalomanie, meesmuilendheid en eigen-club-gedoe, die voor u de film samenvatten. Ik acht mezelf beter dan dat. Of behoort dat ook tot mijn zogenaamde dissidentie?

Ik zou het appreciëren dat u deze mail als een recht van antwoord behandelt.

Hoogachtend,

Filip Canfyn

Naschrift van Kortrijkwatcher komt nog…

Een brief van Filip Canfyn behandeld als recht van antwoord (1)

In een stuk van 24 mei laatstleden vertelden we over een film- en debatavond  in de Budascoop die –  in het kader van de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen –  handelde over urbanisatie en nog zowat.  Titel van het stuk in kortrijkwatcher was: “Q&A over urbanistische projecten in Kortrijk mochten niet!”

Gastspreker was ingenieur-architect Filip Canfyn, voormalig directeur stadsontwikkeling in Kortrijk.
In dat stuk hekelden we vooral het feit dat er geen vragen of opmerkingen mochten gesteld over Kortrijkse stadprojecten.   Canfyn zei dat hij er gewoon niet zou op  antwoorden.  (Toen er al meteen een  Q&A kwam over een luttel feit uit een nabijgelegen onooglijk klein dorp is de reporter van kortrijkwatcher het afgetrapt.)

Nu kregen we van de heer Canfyn als reactie op ons commentaar een mail waarin hij vraagt om die als “recht van antwoord” te behandelen.
Dat zal dan morgen gebeuren.

Q&A over urbanistische projecten in Kortrijk mochten niet !

Gisteren 23 mei kregen geïnteresseerde Kortrijkzanen in de Budascoop een documentaire te zien van het team van de Vlaamse bouwmeester Leo Van Broeck onder de regie van Nic Balthazar.  (Met de tegenwoordig onvermijdelijke praatvaar Joachim Declerck.)

Titel: “Plannen voor Plaats”.
In die film maken een aantal urbanistisch getinte megalomanen (met zichzelf tevreden) een meesmuilende tocht langs dorpen en steden (ook Kortrijk en Harelbeke) op zoek naar vernieuwende ruimtelijke projecten, frisse ideeën over de inrichting van onze leefomgeving.
De Vlaams Bouwmeester berijdt er zijn – veel te veel om op te noemen – besognes: de verkavelingswoede, de verfoeilijke lintbebouwing, het tekort aan groen en open ruimte.  Klimaat. Met een pleidooi voor verdichting (hoogbouw) en een “betonstop”. (Tegenwoordig enigszins verdoken.)
(Iedere Vlaamse Bouwmeester moet zich namelijk binnen de eigen club achtereenvolgens even waar maken . Geen Vlaming weet tegenover wie in dat clubje.)

Gastspreker was ingenieur-architect  Filip Canfyn, gewezen – beetje dissidente – directeur stadsplanning en -ontwikkeling in onze stad onder de bevoegdheid van VLD-schepen Wout Maddens.  (Hij kwam hier in dienst van Stad begin 2008 en vertrok alweer midden 2011 op eigen verzoek en “in onderling overleg”.  Zoals dat heet.)

Op de uitnodiging voor de filmavond was uitdrukkelijk voorzien dat er na de vertoning aan ons –  Kortrijkzanen – alle gelegenheid zou geboden worden om over allerhande urbanistische stadsprojecten te praten, vragen te stellen.
Maar al onmiddellijk bij het begin van de Q&A-ronde  stelde Filip Canfyn dat hij op geen enkele vraag over Kortrijkse toestanden zou antwoorden.  (Niemand liep toen weg.)  Naar zijn zeggen was dat zo overeen gekomen met de organisatoren (Vorming Plus , afdeling Kortrijk).
Vorming Plus organiseert evenwel net een serie van dit soort avonden (vooral in september) in het kader van de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen.

Kortrijk blijft spreken!

P.S.
Geen huidig of toekomstig kandidaat-politieker  te zien.

Doctoreren over Kortrijkse politiek

Ja het kan, aan de Gentse universiteit alleszins.
In 2009 maakte Thomas Block een proefschrift om doctor in de politieke wetenschappen te worden, getiteld “Van ID naar 3D”.
Daarin behandelde hij de besluitvormingsprocessen en de beslissingsmacht in drie Kortrijkse stadsontwikkelingsprojecten:
–  het winkelcomplex K ;
–  de Leiewerken;
–  Buda Kunstencentrum.
(Dit alles is onze plaatselijke persjongens totaal ontgaan.)

En in 2016 maakte Sander Van Parijs  een proefschrift met de (ook eigenaardige) titel: “Makelaars in claims”.
Interessant is dat men het hier zoveel jaren later heeft over de totstandkoming van de economisch-artistieke Budafabriek.
De andere cases in deze thesis gaan over de inplanting van windturbines in de streek en over de besluitvorming inzake het intergemeentelijk crematorium “Uitzicht”.

Beide (uitgebreide) proefschriften zijn te vinden op het internet.
We komen er bij gelegenheid op terug.