Category Archives: sociaal

Markante stijgingen van zitpenningen bij sociale huisvestingsmaatschappijen ?

MET INSTANT UPDATE (helemaal onderaan)

Waarom pakt de lokale pers (o.a. zelfs WTV-Focus) daar nu pas mee uit?
De zitpenningen bij sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM) in West-Vlaanderen zijn in de periode 2000-2006 verdubbeld (een stijging van 106 procent).
De vraag van volksvertegenwoordiger Tom Dehaene uit Zemst over de evolutie van de zitpenningen – waar WTV naar verwijst – dateert al van 18 september vorig jaar en het antwoord van minister Keulen is precies een maand later gepubliceerd. In 2007.
Al een half jaar geleden. Dat is pas regionale journalistiek. Laatste nieuws.

We gaan eens kijken hoe erg het dan wel gesteld is met de zitpenningen bij de huisvestingsmaatschappijen die werken op Kortrijks grondgebied.
En zeker ook de vragen opzoeken van Kortrijks raadslid en volksvertegenwoordiger Carl Decaluwé omtrent de materie. Nog zeer recent (6 maart) deed hij in de Commissie Wonen van het Vlaams parlement een regelrechte uitval over de verloning die directeur van de gefusioneerde Antwerpse huisvestingsmaatschappijen zal krijgen.

Eerst even dit. In 2005 waren er in Vlaanderen 115 erkende SHM’s. Het aantal kan nu wat verminderd zijn want er gebeurden sindsdien enkele fusieoperaties. Grappig is wel dat die huisvestingsmaatschappijen toendertijd alleszins méér bestuurders (1.739) telden dan personeelsleden (1.579). Of vindt u dat niet echt grappig? Zo’n toestanden kunnen zich enkel voordoen in de sociale welzijnssector. De non-profit.

De zitpenningen die aan bestuurders in Vlaanderen zijn uitgedeeld stegen sinds 2000 met 62 procent, van 788.600 euro naar 1.276.488 euro per jaar. De grootste stijging is merkbaar in de provincie West-Vlaanderen. Daar is zeker ook “De Mandel” van de regio Roeselare debet aan, met een zitpenning van 170 euro.

Blijven we nu maar bij de huisvestingsmaatschappijen die op Kortrijks grondgebied werkzaam zijn.

Markante vaststelling: de cvba Goedkope Woning (met uitsluitend Kortrijk als werkgebied) deelde in de periode 2000-2006 geen zitpenningen uit. En nu nog niet, maar ter compensatie genieten bestuurders bij gelegenheid van een studiereis.

Ook de cvba Eigen Haard (standplaats Zwevegem en als werkgebied nog Anzegem, Avelgem, Spiere-Helkijn) deed het zeer rustig aan. Nul presentiegeld op vergaderingen. Misschien wel een etentje?

De cvba Zuid-West-Vlaamse Huisvestingsmaatschappij van Marc Olivier betaalde tot en met 2003 géén penningen uit. Vanaf 2004: 2.772 euro. Die cvba heeft nochtans een zeer uitgestrekt werkgebied. Zoiets als dat van Leiedal.

Cvba Eigen Haard is Goud waard (actief in Kortrijk en Menen) is waarlijk zijn goud waard. Hier is de som van de penningen het hoogst. Van 15.088 euro (2000) naar 18.832 euro (2006).

Cvba De Leie heef zijn hoofdzetel in Wervik en beslaat nog Kortrijk, Avelgem, Heuvelland en Mesen. In de loop der jaren zijn de presentiegelden bij deze SHM zelfs wat gedaald. Van 12.321 naar 11.398 euro.

De zgn. “markante stijging van de zitpenningen” die volksvertegenwoordiger Tom De Haene nu plots (en pas nu) in de pers signaleert vergt wel wat kommentaar en nuancering. Tom had beter eens bij zijn vader (Jean-Luc) gepolst hoeveel zitpenningen en vergoedingen (Europa!) die wel binnenhaalt met al zijn mandaten.

Tom Dehaene en WTV hadden er ook beter aan gedaan om te wijzen op het bestaan (sinds 2001) van een richtlijn voor vergoedbare vergaderingen van SHM’s. Maatschappijen met een patrimonium van meer dan 2.500 huurwoningen worden gevraagd om jaarlijks maximaal 4.798 euro uit te keren. Voor een equivalent van 60 zittingen. Per zitting: 79,97 euro, geïndexeerd.
Alle andere (drie) categoriën van maatschappijen worden gevraagd om maximaal per jaar 2.832 euro te besteden aan penningen. Voor 40 zittingen, en 70,80 euro per keer.

Het is geen verplichting.
Nogal wat SHM’s vinden het maar billijk dat een bestuurder vergoed wordt zoals een gemeenteraadslid. Bijvoorbeeld in “De Mandel” dan: 170 euro.

In een volgend stuk nog kommentaar. Over wat echt belangrijk is: de werking van de sociale huisvestingsmaatschappijen. Hierbij nemen we een recente interpellatie van Carl Decaluwé in het Vlaams parlement als leidraad.
Decaluwé heeft volgens zijn ingediende mandatenlijst van 2006 vijf bezoldigde mandaten: als Kortrijk gemeenteraadslid, als volksvertegenwoordiger, bestuurder bij Gaselwest, lid van de politiezone VLAS, en bestuurder van de SKM “Elk zijn Huis” . Onbezoldigd: bestuurder bij de SHM “Goedkope Woning”.
Hij is nog ondervoorzitter van het Vlaams Parlement en men kan veronderstellen dat hij daarvoor méér dan een windei krijgt.

UPDATE

Nu toch gebleken is dat “eigen haard goud waard is” nog gekeken naar de samenstelling van het bestuur van die gelijknamige SHM.
Op 12 april 2007 is de heer Jean de Bethune, wonende te 8510 Kortrijk-Marke, Van Belleghemdreef 27, benoemd tot voorzitter van de Raad van Bestuur. Dat is onze schepen van economie, onderwijs, toerisme, ontmoetingscentra, preventiebeleid, ICT, kerkfabrieken, gebiedsgerichte werking.
Is ook nog voorzitter van de provincieraad.
Op 14 juni 2007 heeft de algemene vergadering kennis genomen van zes ontslagen. Jean is daar niet bij. De vergadering heeft er dan (soms voorlopig) 14 benoemd, tot een bepaalde jaar. Tot de vergadering van 2011 bijvoorbeeld : Jean. Tot 2012: Filip Santy (CD&V-raadslid en voorzitter van Leiedal) en mevrouw juriste Kathleen Segers (gewezen raadslid CD&V). “Eigen Haard is Goud Waard” telt 4 personeelsleden.

Naar een heet gebakerd juridisch debat over sociale huisvesting (2)

Het is na enig eenzijdig tieren-en-tuiten toch nog tot een gemoedelijk, therapeutisch telefonisch gesprek gekomen met raadslid Carl Decaluwé.
Het is zelfs niet ondenkbaar dat hij in de komende gemeenteraad van 10 maart zijn vraag zal intrekken om op Goed te Boevekerke minimum 25 procent sociale woningen te voorzien.

Het werd voor ons beiden algauw duidelijk dat de definitie van een ‘sociale woning’ actorgericht is: zo’n woning wordt pas als ‘sociaal’ beschouwd als ze door een specifieke rechtspersoon (bijv. een huisvestingsmaatschappij) wordt gerealiseerd en/of verkocht. Wie ziet er nu Stad of het SOK een woning bouwen voor armlastige particulieren?
De actorgerichte definitie van sociale woningen kan dientengevolge niet worden doorvertaald in ruimtelijke ordening (R.O): het opleggen van een vast aantal van die woningen (of zelfs ‘betaalbare’ kavels) is geen wettig typologievoorschrift, noch in een BPA of RUP, noch in een stedenbouwkundige verordening.
Cf. het dienstorder RWO 2006/1.

Ook daar waren we het samen met Carl na enig geblaf en stompen spoedig over eens: in R.O. kan wel een divers kavel- of woonaanbod opgedragen worden.
Bijvoorbeeld een bebouwingstypologie zoals vrijstaande, halfopen of gesloten bebouwing, een eensgezinswoning, enz. En om onduidelijkheid te vermijden verdient het zelfs de voorkeur om de term ‘sociale woning’ niet te gebruiken bij ruimtelijke typologieën. Dienstorder!

Aan het eind van ons aangenaam onderhoud uitte Carl Decaluwé zelfs enige confidenties.
Hij verklapte dat de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) het eens was met de juridische argumenten die aan de grondslag liggen van het dienstorder van de secretaris-generaal van het departement R.O.
Lees maar eens http://admin.vvsg.be, zo raadde Carl ons aan.

En hij kende nog vanbuiten het arrest van de Raad van State, nr. 173.942 van 9 augustus 2007. In de zaak A.179.003/X-13.091.
De provincie West-Vlaanderen en de gemeente De Haan verzochten toen om het dienstorder RWO 2006/1 te schorsen. Die vordering tot schorsing werd verworpen.

Naar een heet gebakerd juridisch debat over sociale huisvesting (1)

In de komende gemeenteraad zal raadslid en volksvertegenwoordiger Carl Decaluwé (CD&V-ACW) een heel ingewikkeld juridisch onderwerp aansnijden met bovenal een zeer sterke ideologische ondertoon.
Het gaat bijvoorbeeld ook over ‘sociale mix’. En geld. Grondbezitters. Aannemers. Makelaars in gronden. Nog geld. In de toekomst: straathoekwerkers op Hoog-Kortrijk. (Dit is nu wel een voorspelling.)

Ofwel wordt het de eerste echte publieke confrontatie tussen rechts en links (bestaat nog) in de CD&V-VLD-coalitie, ofwel zal de burgemeester de zaak verwijzen naar een of andere commissie, bijgestaan door onze traditionele huisadvocaat in deze materie. Ofwel zal men relax wachten op een of ander decreet. Ofwel zal iedereen van onze vertegenwoordigers op dat uur van de interventie komende maandag te moe zijn. ‘ t Zijn ook maar mensen. En ge moet nog een keer kunnen lachen ook. Reken er maar op, volgende maandag. Half tien.

Het debat kan lang uitdeinen, tenminste als de Raad zich goed heeft gedocumenteerd.
Wat zouden raadsleden zoal aan informatieve notities kunnen bijhebben om met enige vrucht deel te nemen aan het debat?
Een stuk van kortrijkwatcher dd. 27 februari, getiteld “Naar 25 procent sociale woningen?” Bepaalde persberichten van de Vlaamse Confederatie Bouw over sociale verplichtingen bij de bouw van nieuwe woningen. Een Vlaams voorstel van resolutie uit 2006 over betaalbaar wonen. Beleidsbrieven en afsprakenkaders van minister van Mechelen over ruimtelijke ordening en grondbeleid. Tot en met die van 2008. Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan van jaren her. Het niet-bindend gedeelte weliswaar. Oppassen.
Sommige artikels (niet allemaal) uit decreet Ruimtelijk Ordening. Eén pagina uit het Woonregieboek van onze regio Zuid-Westvlaanderen over de 11 procentregel. Met één van die prioriteiten.

De Wooncode. Vele verslagen van de Commissie Wonen in het Vlaams Parlement. Wat Carl Decaluwé daar allemaal niet gezegd heeft. Ook belangrijk. Luchtfoto’s van Goed te Boevekerke. Een artikel uit Res et Jura Immobilia (nr.337,2007). Afspraken makelaars en potentiële aannemers. Van alles wat.
Bedenkingen van Vlaams volksvertegenwoordiger-specialist wonen Patrick Lachaert (VLD). Bandopnamen en telefoontaps vanuit het kabinet Van Mechelen. Het dagboek van voormalig schepen en Leiedalvoorzitter Frans Destoop.
Copies van mondelinge verslagen en stemmingen uit de eigen Kortrijkse gemeenteraad over de zaak. Ja, dit ! Verslagen van het bestuur van ons autonoom gemeentebedrijf, het SOK. Standpunten van onze afgevaardigden aldaar. Inclusief die van de burgemeester. Moet allemaal kunnen.
Ook een paragraaf uit het bestuursakkoord CD&V-VLD bij de vorming van de nieuwe coalitie. Ja!

En als dit allemaal niet kan, dan moet men er maar een keer enigszins niet over beginnen.
Ruziemakers!
Waarover men niet kan spreken moet men zwijgen. Een oud gezegde, dit keer niet Chinees.

Waar is het voorontwerp van het nieuwe decreet over grondbeleid? (Zou Carl Decaluwé daar nu kunnen mee uitpakken?)

ZEKER ALLEMAAL NIET BIJ HEBBEN :
PRINTS VAN DE WEBSITE VAN ONZE STAD KORTRIJK OF VAN DE WEBSITE VAN ONS STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF.
Daar staat gewoon niets op, over die alom bekende stadsverkaveling Goed te Boevekerke. (Nog eens kijken bij Leiedal.)

Maar bovenal het dienstorder RWO 2006/1 van het Vlaams departement Ruimtelijke Ordening.

Want waarover gaat het?
Stad en het Stadsontwikkelingsbedrijf (SOK) (ja?? Trui dan toch? kan niet) zijn al jaren bezig met een verkaveling (3,4 ha) op Hoog-Kortrijk, Goed te Bouvekerke gelegen in de buurt van de Ambassadeur Baertlaan. Dat is niet zover van het te bouwen crematorium.
Raadslid Carl Decaluwé wil nu per se van zijn eigen meerderheid in het schepencollege weten of aldaar de regel zal toegepast worden die zegt dat minimum 25 procent dient voorbehouden voor sociale woningen. (Die regel ligt nog niet decretaal vast, bestaat in feite niet.Het is een uitvinding van niemand.)

Om het debat in goede lijnen te laten verlopen kan raadslid Decaluwé even het dienstorder RWO 2006/1 van 18 juli 2006 integraal voorlezen. Met volledig akkoord van de minister opgemaakt door ir. Guy Braeckman, de secretaris-generaal van het departement Ruimtelijke Ordening. Dat dienstorder is gericht aan de Vlaamse personeelsleden die het gemeentelijk vergunningsbeleid, BPA’s, ruimtelijke uitvoeringsplannen en stedenbouwkundige verordeningen adviseren.

Kort gezegd geeft de brief aan dat stedenbouwkundige vergunningen of verkavelingsvergunningen waarin percentages worden opgelegd voor sociale woningbouw als onwettig worden beschouwd en dus niet kunnen. Bij plannen mogen geen directe verwijzingen naar de Vlaamse wooncode aan bod komen. Daardoor zullen plannen die zones voorbehouden voor de sociale bouwmaatschappij of de intercommunale (dus ook het SOK als autonoom gemeentebedrijf?) negatief worden geadviseerd.

Het is goed dat het dienstorder ons eerst herinnert aan enkele definities.
Een sociale huurwoning is er een die verhuurd wordt door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij of een huisvestingsmaatschappij. Andere verhuurders (een gemeente, een OCMW, een sociaal verhuurkantoor) kunnen ook als er maar een of andere subsidie wordt verleend.
Een sociale koopwoning wordt bestemd voor woonbehoeftige gezinnen of alleenstaanden, en enkel door Huisvestingsmaatscahppijen of het Vlaams Woningsfonds.

Het begrip “sociale verkaveling” heeft veel te maken met de verkoopprijs. Hierbij worden percelen tegen sociale voorwaarden aangeboden aan woonbehoeftige gezinnen of alleenstaanden die geen woning bezitten en op die percelen zelf een woning zullen bouwen of laten bouwen.

Stedenbouwkundige voorschriften van het plan beperken zich tot het domein van de ruimtelijke ordening. En ruimtelijke ordening (R.O) kan nu eenmaal niet via voorschriften ingrijpen in wie een bestemming realiseert (de actor) of aan welke prijs iets op de markt komt.
R.O. kan enkel ingrijpen op wat ruimtelijk relevant is, dus op aanbodbeleid en typologie.

En nu.
Planvoorschriften of voorschriften in verordeningen die zonder meer een zone reserveren voor ‘sociale woningen’ of de ‘realisatie van een aantal sociale woningen’ opleggen, kunnen niet als wettig beschouwd in de mate dat zij impliciet of expliciet verwijzen naar de Wooncode.

(Wordt later vervolgd. Carl Decaluwé belt even. Is hij twistziek? Of gaat het om een functioneringsgesprek?)

Naar 25 procent sociale woningen?

Een tijdje geleden hield een klein verwaarloosbaar gezelschap leden van het ACW-Kortrijk in Heule een prikactie. De voorzitter was buitenlands. Twee toch zelf verklaarde verantwoordelijke CD&V-bewindslieden deden aan de betoging mee: de schepenen Lybeer en Cnudde. Geen bijstand van socialisten of progressieven. Vermoedelijk geen raadslid Carl Decaluwé, de ultieme ACW-bewaker van alles wat met goed woonbeleid in onze West-Vlaamse wereld heeft te maken?
Een drietal prominente bestuurders van onze socialehuisvestingsmaatschappijen.

Eén op vier

ACW (van Kortrijk) eist een consequente toepassing van de 25%-regel die er moet voor zorgen dat voor ‘woonontwikkelingen’ van méér dan 1 hectare minstens één op vier huizen moet gerealiseerd als sociale koop- of huurwoning. En let nu even goed op: óók voor “woonontwikkelingen” die GEEN eigendom zijn van een sociale huisvestingsmaatschappij. Met andere woorden: ook op kavels van private bouwheren zou volgens het ACW de 25%-regel moeten afgedwongen worden.

Wat gaat er hierbij om binnen het geslacht en de kastelen of appartementen en landbouwgebieden van de Béthune, als men daarvan hoort? En bij andere Kortrijkse grootgrondbezitters?
Ja, wat? Grijpen ze dan naar het telefoonnummer van De Gilde? Of weten ze het al lang? Beleggen ze een intiem hoofd-aan-hoofd etentje met de minister? Met schepen van wonen, Lieven Lybeer? Stadsplanning, Wout Maddens? Vlerick? Koramic? Leiedal? De nog bonafide makelaars? Q?
Zullen ze nog vlug betaalbare gronden op de vrijemarkt gooien?

Wat zijn de compensaties?

Of het zover zal komen moet nog blijken.
Maar er is alleszins iets in de maak dat in die caritas-richting gaat.
Over een paar weken – of nog vroeger – weten we bij welke eigenaars zal geprutst worden aan hun eigendomsrecht.
Er is namelijk een totaal nieuw decreet op komst inzake grond- en pandenbeleid. En het ziet er nu al zeker naar uit dat bijvoorbeeld zowel de gronden van het Sacerdotium (de kerkfabrieken) als die van het Imperium (de overheid) verplicht zullen aangesproken worden voor meer sociale huisvesting. Pastoors, opgelet. Niks meer verkopen aan een bovenmodaal Heuls ACW-raadslid. Tijd weer voor miserabilisme en lijden op deze wereld. (Heeft de holding van het ACW ook grondeigendommen, in het Kortrijkse? Boeken open!)

Aan de hand van een aantal uiterst relevante documenten willen we hierna wat vertellen over die in meer liberaal gezinde kringen beruchte 25%-regel.
En daarbij verwijzen naar een minder bekend maar zéér cruciaal dienstorder.

Een voorstel van resolutie (2006)

Op 16 november 2006 pakken een aantal Vlaamse parlementariërs uit met een resolutie “betreffende de beschikbaarheid van betaalbare woningen”. Virtueel nog altijd in behandeling in de bevoegde commissie.
Daarin vraagt men o.m. om minimaal 25 procent van de gronden die eigendom zijn van de publieke of semipublieke sector ‘een sociale bestemming’ te geven.
De publieke en semi-publieke sector zou kunnen slaan op stadeigendommen, gronden van intercommunales, van het OCMW, van kerkfabrieken, van autonome gemeentebedrijven (bijv. ons SOK).
Verder wil de resolutie dat er een ‘activeringsbeleid’ wordt uitgewerkt voor het patrimonium dat in handen is van de private eigenaars om een gedeelte van die gronden ook een sociale bestemming te geven. Dus: niet alleen voor de socialehuisvestingsmaatschappijen maar ook alle andere actoren in de immobiliënsector kunnen onroerende goederen ontwikkelen volgens sociale criteria die door de overheid bepaald worden.

Nu zou u denken dat de indieners van de resolutie zeker niet van de diepblauwe strekking zijn.
Maar neen! De initiator is Vlaams volksvertegenwoordiger Patrick Lachaert van de VLD. En iedereen heeft meegetekend. Nog een VLD’er (Dominique Guns), CD&V’ers (Veerle Heeren, Joke Schauvlieghe), het kartel SP.A-Spirit (Bart Martens, Caroline Gennez). Onze plaatselijjke volksvertegenwoordiger en raadslid Carl Decaluwé is niet te bekennen.

Beleidsbrief (2007)

Minister Dirk Van Mechelen, ook bevoegd voor ruimtelijke ordening, schreef op 6 november 2006 zijn beleidsprioriteiten 2007-2008 uit.
In verband met de algemene bezorgdheid over het aanbod van goedkope woningen wil hij bijzondere aandacht schenken aan de tekstuele implementatie van de hierboven aangehaalde resolutie van 2006.
In het nieuwe decreet over grondbeleid zal men ondermeer bepalen dat elke gemeente een bindend percentage moet vastleggen betreffende het sociaal woonaanbod. Er wordt geen cijfer op geplakt, en ook niet gezegd of het percentage gelijk zal zijn voor alle gemeenten. Niets over de soorten van gronden of aantal hectaren die in aanmerking komen. Wat is een ‘sociaal woonaanbod’? Een sociale woning? Een bescheiden woning? Een betaalbare woning? Wat al begrippen. Dat is politiek.

(In zijn toespraak voor het Vastgoedcongres 2007 zei de minister-president Kris Peeters op zijn beurt wel voorzichtig dat het realiseren van sociale woningbouw gerust door iedereen kan gebeuren.)

Afsprakenkader (2008)

Een heel belangrijk stuk van 18 januari 2008, uitgaand van het kabinet Van Mechelen. De nieuwe decreten over Ruimtelijke Ordening én over Grondbeleid krijgen hier een voorafspiegeling.
Elke gemeente zal een bindend percentage moeten vastleggen betreffende het “sociaal woonaanbod”. Hoeveel? Waarschijnlijk zullen we hiervoor moeten wachten op een uitvoeringsbesluit. Want de Vlaamse Regering zal een kader bepalen over de objectieven, de methodologie, de marges, de procedures, de nulmeting.
Nochtans: de minimum-norm (kan dus méér zijn) ten aanzien van gronden die eigendom zijn van de (semi)publiek sector blijft 25 procent !
Voor wat betreft private gronden, verkavelingen en bouwprojecten zal er in een gewestelijke stedenbouwkundige verordening een nader te bepalen percentage opgenomen worden aangaande het sociaal woonaanbod.
Maar nu !
Die gewestelijke verordening kan “worden verfijnd” door zowel de provincie als de gemeente… Dat belooft voor volgend jaar: verhitte discussies binnen ons Kortrijks schepencollege, een coalitie van CD&V (ACW en Middenstand) en VLD.

Voor bestemmingswijzigingen naar woongebied (nieuw aan te snijden terreinen) zullen de minimumpercentages variëren naargelang de eigenaar. Herbestemde (semi)publieke grond: 40 procent sociaal woningaanbod. Privaat: 20 % sociaal en 20 % bescheiden woonaanbod.

Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan (2002)

Pro memorie. Het PRS werd al in 2002 door de Vlaamse Regering goedgekeurd. En in het richtgevend gedeelte (dus niet bindend) was al sprake van een na te streven percentage bij elke ontwikkeling van een nieuwe woonzone groter dan 1 ha. Voor private verkavelaars: de 25 procent.

Het Woonregieboek van de regio Zuid-West-Vlaanderen (2008)

Het Woonregieboek is zopas opgemaakt door die volstrekt onbekende ‘regionale cel woonbeleid’, de provincie, de intercommunale Leiedal, Resoc, het Welzijnconsortium. Projectbegeleider was voormalig schepen Frans Destoop (ACW). Zie nog stuk van 19 februari.
Een prioriteit was het opdrijven van het aantal sociale huurwoningen. (Wat met koopwoningen?) Een aanbeveling hierbij is dat er minstens 11 procent sociale huurwoningen komen in onze streek. Dit is concreet een verdubbeling. Alle actoren moeten hierbij gemobilseerd.

Het dienstorder (2006)

Opgemaakt door de secretaris-generaal van het departement Ruimtelijke Ordening op 18 juli 2006.
Handelt over ruimtelijke ordening in relatie met sociale woningbouw. Een uiterst merkwaardige missieve die bij mijn weten nog niet is opgedoken bij allerhande protagonisten van de sociale huisvesting. Of door hen wordt verdonkeremaand?
Waard bevonden voor een volgend stuk…

BRONNEN
Alles – nou ja – is te vinden op ‘t INTERNET.
Onderzoeksjournalistiek.

Coming up…

Naar aanleiding van de publicatie van het Woonregieboek voor Zuid-West-Vlaanderen komen hier een serie artikels over de sociale huisvestingspolitiek.
Over de wachtlijsten van kandidaat-huurders of kopers van sociale woningen ! De wachttijden ! De beruchte 25 %-regel ! De differentiatie (“mix”) van bevolkingscategorieën bij woonprojecten. De financiële toestand van onze huisvestingsmaatschappijen !
Wat nuanceringen bij bepaalde begrippen.
En wat zou onze schepen van wonen Lieven Lybeer nog kunnen doen ?
Coming up, ja – maar niet helemaal soon. Eventjes wachttijd gevraagd. Nog bijna 1000 bladzijden te lezen. En experten als raadslid Marc Lemaitre raadplegen. Dat ook.

(Scroll nog eens naar een stuk van vorige dinsdag.)

Een gemeentelijke profielschets

De nieuwe gemeentelijke profielschetsen zijn uit.
Te vinden op de onvolprezen website “lokale statistieken”. Zie http://aps.vlaanderen.be.
Verplichte lectuur voor raadsleden !

Men vindt er feitelijke gegevens en evoluties over alle mogelijke materies. Bevolking, onderwijs, welzijn en armoede, mobiliteit, milieu, werkgelegenheid, veiligheid, huisvesting, belastingen, enz. Meestal tot en met 2006.
Interessant is dat men, voor zover dat kan, vergelijkingen maakt met de andere centrumsteden en gemiddelden in het Vlaamse Gewest.
(Maar voor vergelijkingen met centrumsteden opletten voor vertekeningen doordat bijv. een stad als Antwerpen is ingecalculeerd.)

Erg verrassend is dat er voor bepaalde items over Kortrijk andere cijfers worden verstrekt dan wat hier in de loop der tijden al is geponeerd.
Zelfs voor een eenvoudig gegeven als personeel lopen de cijfers uiteen met wat ik vind in officiële documenten.
De profielschets zegt dat er hier ter stede in het tweede kwartaal van 2005 816, 3 VTE aan het werk waren. Volgens de begroting 2006 die hieromtrent toch slaat op eind van 2005 ging het om 826,24 VTE.
In de profielschets wordt dan berekend hoeveel VTE er hier werken op 1000 inwoners. 11,1. Ook dat klopt niet. Want de bevolkingscijfers die de profielschets hanteert zijn alweer anders dan wat in andere documenten staat vermeld.

Inzake ontvangsten en uitgaven, belastingontvangsten en schuld per inwoner wijken de cijfers ook al af van wat kortrijkwatcher hier zoal een keer heeft berekend op grond van officiële stukken.
Maar ik heb geen zin om dit hier nu allemaal uit de doeken te doen.
Noch om andere rubrieken uit de profielschets te onderzoeken op mogelijke afwijkingen met diverse bestaande gegevens.

De profielschets moet men hier en daar met een korreltje zout nemen.
Maar zelfs al staan er ‘fouten’ in, dan nog zijn bepaalde trends niettemin duidelijk. (Als men bij evoluerende gegevens overal dezelfde bronnen gebruikt is er niet veel aan de hand.)

De daling van de bevolking tot in 2005, met een héél lichte netto aangroei daarna.
De stijgende evolutie van het aantal alleenstaande mannen en vrouwen. (Meer vrouwen dan mannen.)
We tellen hier procentsgewijs nog altijd niet zoveel vreemdelingen als wel eens wordt gedacht.
De bevolkingsdichtheid daalt.
Stijgend aantal leerlingen in het kleuteronderwijs.
De schoolse vertraging in het lager onderwijs is groot.
Het aantal belastingaangiften kleiner dan 10.000 euro stijgt.
We hebben een groot aantal podiumvoorstellingen per duizend inwoners.
Het aantal geregistreerde misdrijven per 1000 inwoners ligt hoger dan in de centrumsteden !
De gemiddelde verkoopprijzen van bouwgrond stijgt minder dan elders.
Het gaat goed met de werkgelegenheid. Maar de nettogroeiratio van ondernemingen is niet schitterend.
De evolutie (daling) van ons restafval begint stilaan niet beter te worden dan elders.
Het is zeer slecht gesteld met het aandeel van de groenestroomproductie in het huishoudelijk verbruik.

Enzovoort.
Om te lezen !

Gemeentelijke bijdrage aan het OCMW is raadselachtig

Aangezien onze OCMW-voorzitter Franceska Verhenne (CD&V) geen schepen is dient er om de drie maanden een overleg plaats te grijpen tussen Stad en OCMW.
Dit Overlegcomité bestaat uit een afvaardiging van de OCMW-raad en van de gemeenteraad. In de praktijk omvat de delegatie de burgemeester, een schepen, de OCMW-voorzitter en de secretarissen. Het is een onderonsje, en de wetgeving verbiedt helemaal niet dat er meer mensen mogen bij betrokken worden.

Intussen begrijpt men intuïtief hoe het er daar aan toegaat. Volstrekt irrationeel. Lukrake min of meer ideologische oprispingen. Onprofessioneel. Haastig. Absenteïsme. Slordige verslaggeving. Beetje ruzie maken. Als het niet waar is moet men het maar een keer zeggen. Soms dient het nergens voor om in Kortrijks bestuursoverleg allerhande aanwezig te zijn. HET IS ALS WATCHER WEL ONWETENSCHAPPELLIJK ONDERSTEUND WAT HIER BEWEERD WORDT, MAAR JE RUIKT DAT. Het volstaat om gewoon, met een soort gezond -verstand -historische kritiek bestuursdocumenten te lezen.

Klassiek voorbeeld om leugenachtige documenten te herkennen.
Stel (stel!) dat er bij een overlegcomité iemand is doodgevallen, en dat wordt niet vermeld in het verslag. Of het heeft gesneeuwd in juli, waardoor de vergadering niet in aantal was. En er is toch een verslag. Zonder sneeuw. Historici vallen daar duidelijk over.

De beslissingen van het comité worden dan ‘ter kennisgeving’ medegedeeld aan de gemeenteraad.
Niemand leest dat verslag, zelfs OCMW-raadsleden niet. En daar staan nogal eens belangrijke mededelingen in. Of niet. Bijvoorbeeld over de aankoop van gas door het OCMW. Dat vergt wellicht een apart stukje.

In de laatste gemeenteraad van deze maand stond het verslag van het overlegcomité van september op de agenda. Nog nooit zo vlug geweest.
Niemand had kommentaar. Ook Ciska Verhenne vond het nergens voor nodig om voor het punt “gemeentelijke bijdrage van Stad aan het OCMW” enige attentie te vragen. (Onder het bewind van voormalig schepen Destoop mocht zelfs niet gepraat worden over dat verslag.)

Hoe zit het nu met die gemeentelijke bijdrage?
Uit het verslag leren we dat er blijkbaar voor 2009 ooit eens gedacht werd aan een bedrag van 9.611.375 euro. Maar dit is teruggebracht tot 9.183.637 euro.
Voor 2010 zal men zich houden aan hetzelfde bedrag. Maar voor 2011 belooft Stad 1 miljoen meer. En in 2012 zelfs 2 miljoen meer.
Het OCMW was daar eigenlijk niet mee content. Men vroeg voor de jaren 2011 en 2012 een verhoging met 4 miljoen.

Volgend jaar krijgt het OCMW van ons waarschijnlijk 9.183.637 euro. En dat zal zo blijven tot en met 2010. De motivering van die beslissingen kent niemand, en nog minder zicht bestaat er over de discussies daaromtrent.

Hoeveel krijgt het OCMW dit jaar als stadstoelage?
Ook 9.183.637 euro. Het bedrag wordt dus door Stad bevroren voor nogmaals vier achtereenvolgende jaren. Ongezien. Alsof er gedurende die periode geen gewijzigd beleid kan komen. Kan het OCMW zijn uitgaven en inkomsten dan wel over zo een lange periode schikken naar die vaste dotatie? Want zo gaat dat. Net als in de kerkfabrieken. Opbrengsten en onkosten worden afhankelijk gemaakt naargelang de verwachte bijdrage van andere overheden. Creatieve boekhouding is daarbij nodig. Beleid niet. (Jawel, in het kader van wat men kan afschooien.)

Vorig jaar kreeg het OCMW volgens de stadsbegroting ook al die 9,1 miljoen.
Maar nu wordt het ingewikkeld, raadselachtig. Het jaarverslag 2006 van het OCMW vermeldt een gemeentelijke bijdrage van … 7.529.661 euro.
Hoe kan dat nu?
Elders in dat jaarverslag duikt in de balans (passiva) een bedrag op van 2,5 miljoen als “gemeentelijke bijdrage”. Totaal 10, 1 miljoen.
Ik begrijp er niets van.

Wat houdt het begrip “gemeentelijke bijdrage” nu eigenlijk in?

Het OCMW krijgt namelijk ook jaarlijks een percentage uit ons Gemeentefonds. Hier is dat normaal 8 procent. Elders in de provincie soms nul.
Steekt dat aandeel dan in wat men de gemeentelijke bijdrage noemt? Me dunkt van niet.
Maar als we met dat percentage rekening houden bedraagt het aandeel van het OCMW uit het gemeentefonds 2006 volgens mijn berekening slechts 1,7 miljoen. En geen 2,5 miljoen.
Kan Franceska dit alles in de gemeenteraad eens uitleggen bij de begrotingsbesprekingen van volgende maand? Over verleden, heden en toekomst?
Welneen. Burgemeester, voorzitter van de Raad zal op enige spoed aandringen. O.K. Ik meen dat nu alles is gezegd.

Vraag: wat zijn de reële totale middelen die het OCMW krijgt van Stad?
Werkingstoelage, plus aandeel gemeentefonds, plus nog zo een en ander?
In 2006 bijvoorbeeld was er sprake van een investeringstoelage voor de verbouwing van het klooster (aan den Atlas) tot kinderopvangcentrum. 850.000 euro.
En de geldstromen tussen de vele instellingen uit de sociale sector zijn volkomen onduidelijk.

*****

Nu nog iets voor de verbeten cijferaars.
Op een nochtans officiële website vond ik voor 2005 alweer een raadselachtig cijfer.
Totale middelen voor het OCMW vanuit Stad: 12,9 miljoen.
En hoe kwam men daar aan die totale middelen?
Als een optelling van het aandeel van het OCMW in het Gemeentefonds (1,8 miljoen) plus – sla me dood – een “gemeentelijke bijdrage”‘ van 11,1 miljoen.
Dat klopt allemaal niet.
Dat zou overigens betekenen dat die totale middelen in dat jaar hoger lagen dan wat nu het geval is. Terwijl ons Gemeentefonds toen minder bedroeg en de werkingstoelage van Stad toen ook al 9,1 miljoen was.

Wil er soms nog iemand iets weten over de evolutie van de gemeentelijke bijdrage aan ons OCMW?

Wie de uitgave van het jaar 1995 gelijk stelt aan 100 komt nu uit op 174.
In 1995 kreeg het OCMW 5,2 miljoen. In de periode 2000 tot en met 2002: 7,1 miljoen.
Wie daarbij durft vragen stellen wordt hier altoos beschouwd als fundamenteel anti-sociaal. Als een wilde, ultra-rechtse vrije jongen zonder het minste gevoel voor caritas calotica.
Terwijl er een heel simpele objectieve vraagstelling mogelijk is.
Wat beschouwt de OCMW-wetgeving als DE kerntaak van het centrum?
Wat beschouwt ons OCMW-bestuur als noodzakelijk en/of prioritair?
Hoe staat het met de afbakening van het welzijnsbeleid van Stad en anderzijds OCMW?
Welke middelen hebben we daarvoor nodig?
Als die vragen beantwoord worden kan men voor mijn part zelfs overgaan tot een verhoging van de gemeentelijke bijdrage.

Nog info, voor de diehards.
De balans 2006 van ons OCMW geeft een overgedragen positief resultaat van 1,2 miljoen euro. In 2004 en 2005 waren er overschotten.
De resultatenrekening toont een verlies van het boekjaar 2006 van 8 miljoen.

Fondsen van koning Boudewijn voor Kortrijkse instellingen

Het jaarverslag 2006 van de Koning Boudewijnstichting is zopas veschenen.
De KBS is een stichting van openbaar nut die in 1976 werd opgericht naar aanleiding van de 25ste verjaardag van de troonsbestijging van Koning Boudewijn. Opdracht is de levensomstandigheden van de Belgische bevolking te helpen verbeteren.
Nooit geweten dat er hier zoveel caritatieve fondsen bestaan.
De fondsen van de Koninginnen kennen we al. Ook die van Albert en Filip en Mathilde.
Maar dat er ook een filantropisch fonds Jeanne Van Quickenborne bestaat, wisten we niet.
Verder nog, ondermeer een fonds Franciscus O, fonds Arnould van der Straten Wailet, Raou Kok-Krahé, Pankert en Clärchen Deneffe, Marie-Luzia en Klaus Kleis. A Chacun son Cervin, enzovoort, enzovoort. Allemaal met rare namen. Inzake de filantropie alleen al tellen we er zowat 100.

Even turven wat Kortrijkse organisaties via de KBS en andere fondsen vorig jaar voor bepaalde werkingen zoal aan subsidies konden bemachtigen. Bij sommige initiatieven kijk je wel even verbaasd in het ijle. Die G-voetbal. Artistieke contacten tussen leerlingen van het bijzonder lager onderwijs en bejaarden in een rusthuis.

Ouderen en de digitale samenleving
Een feitelijke vrijwilligersgroep uit Marke-Rollegem, werkend binnen het OCMW, gaf computerlessen in plattelandsgemeenten. 6.700 euro.
Voorzitter van de jury voor dit soort projecten is Hilde Houben-Betrand, eregouverneur van Limburg.

Veroudering
* OCMW-Bissegem bevorderde contacten tussen senioren en schoolkinderen door ervaringsuitwisseling bij de aanleg van een spelparcours. 7.500 euro.
* OCMW-Kortrijk, Sint-Jozef en De Condé. Kinderen en ouderen leggen samen een moestuin aan en verwerken hierbij de oogst. 10.000 euro.
* OCMW-Kortrijk, Heilig Hart. Artistieke ontmoeting tussen leerlingen uit het bijzonder lager onderwijs De Brug en rusthuisbewoners. 10.000 euro.

Veiligheid
* Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen. Lezingen en workshops voor jongeren en volwassenen rond geweld en media. 5.000 euro.
* Stadsbestuur, gebiedswerking. Buurtinitiatief om de dialoog tussen culturen te bevorderen. 5.000 euro.
Voorzitter van de jury is Alex Reyn, een voormalig amassadeur bij de VN !

Gezondheidszorg
Bond Moyson. Bekendmaking van de werking van een ombudsdienst in ziekenhuizen. 15.000 euro.

Sport en vrije tijd
* Vzw Mentor. Personen met een handicap organiseren een vertelcarroussel. 10.000 euro van het Elia Fonds.
* vzw Zorg-Inzicht. Aanbieding van een interactief vormingspakket voor chauffeurs die gehandicapten vervoeren. 4.000 euro uit het Elia Fonds.
Het Elia Fonds werkt rond vrijetijdsbesteding voor gehandicapten.

Onderwijs en opleiding
Kortrijk-Stad. Basisinitiatie Nederlands voor kwetsbare gezinnen. 5.000 euro van het Postfonds voor Alfabetisering.
Het Postfonds biedt steun aan innoverende en bewustmakende projecten rond alfabetisering.

Milieu en ruimtelijke ordening
vzw Zuid-West-Vlaamse Natuur- en Milieukoepel. Versterking van de landschapskwaliteiten in het Scheldse-Leie interfluvium door sensibilisatie van politici en overheden. 10.000 euro van het Electrabelfonds.
Dit fonds biedt steun aan vrijwilligers die gericht zijn op milieubehoud en grote milieurampen. Het fonds sluit zijn activiteiten af en verdeelde zijn restbedrag.

Lokale ontwikkeling / creatief ondernemen
* Hogeschool West-Vlaanderen, PIH. Via een elektronisch scherm op een publieke plaats de burger bewust maken van de milieuproblematiek. 7.500 euro van het Streekfonds West-Vlaanderen.
Over dit fonds is hier al geschreven. Zoek ook met trefwoord Levi Strauss.
* Marke, vzw Avanti. Jongeren konden een jaar lang voor journalist spelen. 5.000 euro van het Streekfonds.

Lokale ontwikkeling / “Een Hart voor West-Vlaanderen”
* Heule, vzw revalidatiecentrum Accent. Een eigen busdienst opzetten. 7.500 euro van het Streekfonds.
* Centrum Overleie. Spelmateriaal voor kinderen. 7.500 euro van het Streekfonds.
* vzw Home Bethanie. Speeltuin in dagcentrum De Horizon. 6.991 euro van het Streekfonds.
* vzw Mentor. Computerlessen voor kinderen met een verstandelijke beperking. 5.000 euro van het Streekfonds.
* vzw Recreas. Opstarten van G-voetbalclubs voor kinderen met beperkingen in samenwerking met reguliere voetbalclubs. 6.000 euro van het Streekfonds.
* vzw Zorg-Inzicht. Vertelcarrousel voor kinderen met handicap én allochtonen. 5.000 euro van het Streekfonds.
* Vzw Kinderboerderij Marke. Gehandicapte jongeren maken kennis met het leven op een boerderij. 6.966 euro van het Streekfonds.

Intercommunautaire uitwisselingen voor het hoger onderwijs
Hogeschool West-Vlaanderen, Hiepso. Uitwisseling met de Haute-Ecole Galilée uit Brussel. 1.240 euro van Trialoog.
Trialoog (Prins Filipsfonds) wil studenten uit de diverse landsgedeelten leren elkaars achtergrond te kennen.

Intercommunautaire ontmoetingen tussen burgers
vzw Zuid-West-Vlaamse Natuur- en Milieukoepel. Ontmoetingen tussen natuurverenigingen uit Vlaanderen en Wallonië. 1.000 euro van Drie Plus.
Drieplus (Prins Filipsfonds) wil ideeën uitwisselen tussen burgers via niet-commerciële verenigingen uit de drie Gemeenschappen.

Kommentaar.
Kortrijkse instellingen zouden via de Koningbouwdewijnstichting véél meer subsidies kunnen ophalen dan nu het geval is.
Onvermoede mogelijkheden zijn te ontdekken bij de lectuur van het jaarverslag en bij raadpleging van de website.

Steden waar het goed is te leven

IK KOM ZIEK VAN AL DIE PERCEPTIES.

In het zopas verschenen nummer (511, juli-augustus) van Test-Aankoop staat het verslag van een onderzoek bij diverse Europese en Belgische steden over de leefkwaliteit.
Elf aspecten werden onder ogen genomen:
huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, mobiliteit en vervoer,
stadslandschap, werkgelegenheid en arbeidmarkt, milieu en vervuiling, veiligheid en criminaliteit, winkels en diensten, cultuur-sport-ontspanning, stadsplanning-beheer-bestuur.

Bij de 20 ondervraagde Belgische steden staat Kortrijk globaal genomen op de zesde plaats. Internationaal op de achtste plaats.

Zie vooral nog de website van Test-Aankoop voor een uitgebreid overzicht. Men kan er ook per stad een fiche raadplegen en steden met elkaar vergelijken. Ook telkens zien welke stad het maximum of minimum behaalde.
Prachtig.

Wie kijkt er een keer naar gelijkenissen of verschillen met de stadsmonitor?

Maar wat zijn we toch een zeurpieten! Stad scoort slecht inzake veiligheid en criminaliteit (4,6), parkeergelegenheid (5,8), openbaarheid van bestuur (5,8), respons op de noden van de burgers (5,8).
Kom nou! ‘ t Zal gaan zeker?

En bij al dit soort opiniepeilingen vergeet men altoos dat de helft van de mensen een IQ heeft van minder dan honderd.
De emotionele IQ laten we buiten beschouwing. Telefonisch gemiddeld bekeken is die te hoog.