Het quotum komt (wat dacht u anders?) uit het regionale katern van ‘Het Laatste Nieuws’ (pag. 19) van vrijdag 14 juni. De volledige, heel grote kop in vette letters luidt: “KORTRIJKSE FIETSZONE ZORGT VOOR VIJFTIG PROCENT MINDER ONGEVALLEN”. De bijgaande ‘ondertitel’ geeft een mogelijke verklaring: “Bestuurders zijn alerter door toenemend aantal fietsers”.
Het stuk is gepubliceerd door de bekende 0,00%-journalist Peter Lanssens (lps).
Hij vertelt dat de cijfers over de evolutie van de fietsongevallen (in de fietszones) zopas zijn vrijgegeven door de lokale politiezone VLAS, maar die zult u op de website van die PZ evenwel niet terugvinden. In werkelijkheid zijn die cijfers bij onze (lps) natuurlijk ingefluisterd door zijn idool, schepen Axel Weydts.
De opgegeven cijfers over de afname van het aantal fietsongevallen durven we bijna niet overschrijven, ZO BELACHELIJK zijn die. Zij zijn dus bijna gehalveerd, niettegenstaande het stijgend aantal fietsers.
Zie maar eens hier:
– In 2018 (het jaar VOOR de invoering van de eerste fietszone) ging het om 16 ongevallen. En nu, zo vraagt u zich ongeduldig af?
– We gaan het u onmiddellijk vertellen: in 2022 (dus vorig jaar) is dat fataal aantal gezakt naar 9 (negen) ongevallen.
Dat is dus wel degelijk “een quasi halvering”, zo concludeert onze 0,00%-reporter (met zijn scherpe pen), niettegenstaande het om “relatief kleine cijfers gaat”. En, zoals schepen Weydts het zegt, vindt ook (lps) dat dit alles gewoon te wijten is aan “de verbeterde verkeersveiligheid in onze binnenstad”. (Elders niet?). “De fietszone mist zijn doel niet.”
Peter Lanssens zal ons niet gek maken met zijn geschrijf !
Als 0,00-jounalist is hij natuurlijk niet in staat om wat nader in te gaan op die cijfers.
Ten eerste geeft hij geen enkele aanduiding over het aantal fietsongevallen per jaar, in die beschouwde periode 2018-2022. Misschien is er wel een jaar geweest met een recordcijfer? Wie weet.
Ten tweede komt het bij hem niet op om zich af te vragen in hoeverre het toch uiterst kleine aantal genoteerde fietsongevallen wel correspondeert met de officiële statistieken daaromtrent voor heel de stad. Als 0,00-journalist kent hij die gegevens per definitie niet, en is tegelijk niet in staat om die op eigen kracht op te zoeken. Hij vraagt ze ook niet op aan schepen Axel Weydts. Dat doet men niet !
Het artikel wekt in elk geval de ene keer (in de aanvang) de indruk dat de ongevallencijfers gelden voor de binnenstad, maar wat verderop toch misschien wel slaan op de drie fietszones, namelijk die van heel het centrum (75 aaneengesloten straten) én de zones in het centrum van de deelgemeenten Heule en Marke. (In de titel van het stuk staat de term “fietszone” in het enkelvoud !)
Welnu, wij kennen de officiële aantallen fietsongevallen in de stad dan wél, voor heel de periode, zelfs al van in het jaar 2012 tot 2021. Merk dan hierbij even de ongelooflijke onevenredigheid tussen de aantallen die Weydts constateert (voor de fietszones) en de aantallen uit de officiële statistieken die slaan op heel de stad.
2018: 188 (nog geen fietszone)
2019: 160 (er is wel een fietszone nu, in het centrum)
2020: 126 (nu bestaan er tevens fietszones in Heule en Marke en vanaf 13 juni ook in de Overleiestraat)
2021: 135 (de drie fietszones zijn in functie)
Voor het jaar 2022 kennen we jammer genoeg het aantal fietsongevallen in de stad nog niet.
Maar Weydts moet ons maar eens die onwaarschijnlijke discrepantie uitleggen tussen het aantal fietsongevallen in de fietszones (met de oppervlakte ervan en de verkeersdrukte) en die in de hele stad of de rest van de stad.
Het zou heel goed kunnen dat de snelheidsbeperking in de fietszones (30 km) als een plausibele reden kan worden beschouwd. Ja. Jawel. Maar er zijn in stad en in de deelgemeenten toch ook buiten die zones snelheidsbeperkingen of andere veiligheidsmaatregelen getroffen? (Drempels, rijbaankussens, verkeerslichten, fietspaden, plateaus, wegmarkeringen, schoolstraten, éénrichtingsverkeer,enz.)
Overigens zou het zéér interessant zijn indien schepen Weydts een keer aangaf wat de concrete oorzaak is van die NEGEN geconstateerde ongevallen van vorig jaar in de (alle drie?) fietszones. Is dat uiterst klein aantal enkel en alleen te danken aan het loutere bestaan van de fietszone? Of ligt het aan de slachtoffers zelf, bijv. aan het gebruik van een smartphone, slechte zichtbaarheid, onoplettendheid, een valpartij, een aflopende ketting, een slechte rem, een pure onhandigheid?
Zijn er wel altijd auto’s bij betrokken? (Of heeft men het hier juist louter en alleen om die gevallen??)
P.S. (1)
Wij zijn fervente voorstanders van de 30 km-norm, maar niet van fietsstraten.
Als een fietser net voor uw wagen valt, wat dan? Alleen al daarom. En natuurlijk zijn slabakkende of trage fietsers heel irritant. (Sommigen zijn zo beleefd dat ze spontaan stoppen en u laten voorgaan…)
P.S. (2)
Cijfers over het aantal fietsongevallen (2012-2021) te vinden in het Bulletin van Vragen en Antwoorden van februari 2022. Antwoord op een vraag van Groen raadslid Matti Vandemaele.
2012: 155
2013: 147
2014: 158
2015: 169
2016: 128
2017: 133
2018: 188 (+41 %)
2019: 160
2020: 126
2021: 135