Category Archives: errata

Een correctie, maar zonder sorry

Op 10 november is hier een stuk gepubliceerd met de lijst van organisaties waar de houders van een UITPAS met “kansentarief” het liefst naartoe trekken.
We vermelden toen dat de lijst betrekking had op het derde kwartaal, met andere woorden op ongeveer de zomermaanden van 1 juli tot 30 september.
Dat was niet juist: de lijst sloeg op het tweede kwartaal.
De stadsadministratie – niet kortrijkwatcher – had zich vergist.
De fout is intussen rechtgezet. En het desbetreffende stuk van 10 november is intussen aangevuld met de stand van zaken gedurende het derde kwartaal, de echte zomermaanden.
De redactie van kortrijkwatcher biedt géén excuus aan.

Cowboy Henk kost ons eigenlijk niks

Een erratum !
In onze editie van 26 februari deden we hier een poging om de kosten te berekenen van Henkie. En moesten toegeven dat we het niet echt goed wisten. We kennen bijvoorbeeld het honorarium niet van de ontwerper en van de geraadpleegde plantendeskundigen, de onderhoudskosten (al of niet door eigen personeel), de concessievergoeding voor het gebruik van de rotonde.

Voormalig schepen Philippe De Coene laat ons nu weten dat er geen concessie moet betaald, dat de deskundigen (tot en met 2006 dan toch) niks kostten en dat cowboy Henk eigenijk slecht werd onderhouden.
En daarbij moeten we toch bedenken dat een rotonde aanleggen en onderhouden toch ook veel geld kost. Hij raamt die kost over acht jaar heen op minstens 44.000 euro. Of het dubbele daarvan als men viermaal per jaar de aanplanting vernieuwt.

Ja, het is maar hoe je het bekijkt.
Schepen Guy Leleu houdt er in verband met de prijs van het desingtoilet aan Sint-Rochus een gelijkaardige redenering op na. Dat toilet kost dan wel 168.233 euro, maar een gewoon sanitair had ook algauw 98.000 euro gekost.

Erratum nummer twee ! Nog wel over musea…

Verdomd nog aan toe.
Kortrijkwatcher ziet zich genoopt om sinds het ontstaan van deze weblog (begin 2005 zeker?) voor een tweede maal een redactionele correctie en aanvulling te publiceren.

In een stuk van dinsdag laatstleden 17 april is hier zonder enig bewijs plompverloren beweerd dat de fameuze tentoonstelling “Kunstwerkstede De Coene” moeilijk zou zijn van de grond gekomen zonder de medewerking van Antwerpenaren uit de entourage van prof. Guido De Brabander. Van de univ van Antwerpen, waar ook cultuurmanagement wordt onderwezen. De prof die de audit heeft gemaakt over onze musea.

Dat is dus nu wel pure nonsens, zo meldt mij nu Frank Herman, erfgoedcoördinator in Stad Antwerpen en tegelijk gewezen curator (commissaris) van het voorbije Kortrijkse evenement rondom “Kunstwerkstede De Coene”. Samen met
Terenja Van Dijk.

We geven die foute perceptie grif en ruiterlijk toe. Het was puur gissen en missen.
De uitglijder is inmiddels in de desbetreffende “tekst” rechtgezet. Kijk maar.

Dus: Antwerpen was wel nodig, maar niet met de concentrische cirkels rond De Brabander. Akte van genomen.
Het cirkelt ook niet goed aldaar in het milieu van de culturele havenstede. Net als bij ons.

Heel het probleem is dat de Antwerpse stadsambtenaar Frank Herman met zijn reprimande (een lange e-mail, en een korte) bij mij een gebroken snaar beroert die we hier als positivo met opzet sinds lang hadden opzij geschoven.

Zielezeer

Omdat er in de huidige constellatie toch niets aan te doen is.
De ultieme vraag namelijk waarom de bestuurders (conservatrices) en medewerkers en vrienden van onze Kortrijkse musea – plus de directie cultuur – totaal niet in staat zijn om op eigen kracht een keer iets remarkabel te doen. Waarom ze zelfs niet eens een idee kunnen naar voor brengen.
Pff. Wat die externen kosten?
Die vraag over het waarom van het tekort aan bestuurskracht (dynamisme, fantasie, creativiteit, strijdlust, nonconformisme) bij onze musea is trouwens ook niet expliciet behandeld in de doorlichting van prof. De Brabander. Hij fietst er een beetje om heen. Probeert het op te lossen met het voorstel om een nieuwe zakelijke ” afgevaardigd beheerder” aan te stellen.

ALLE ietwat merkwaardige tentoonstellingen alhier ter stede, uit het verre en nabije verleden, konden enkel tot stand komen mits ontieglijk grote bijstand van elders. Van anderen. Kwalitatief. Kwantitatief. Conceptueel, financieel en qua initiële daadkracht.
Dat is al een halve eeuw ons zielezeer.

Neem nu bijvoorbeeld de magnifieke tentoonstelling “De Gustibus”. Die totaal het resultaat is van de inspanningen bij de bank ING.
Dat mag allemaal hoor. Leve het Eurodistrict met Lille. Lang leve de intergemeentelijke samenwerking tussen de kenniscentrumsteden. Lang leve PPS. Lang leve onze geprefereerde galerijen en veilingen en tweedehandskunstwinkels. Lang leve de provinciale cultuurwerking. Lang zullen ze leven: de culturele jobspringers. Hoppers, verenig u.

Maar gaat het er in Antwerpen ook altijd zo wezenloos, krachteloos aan toe? (Of in Gent, vroeger, met Hoet?)
Dat ze daar vanuit hun eigen stadsdirectie cultuur, de erfgoedcel, de museumbestuurders ook niets op eigen houtje (kunnen) doen?
Slaapt ook daar iedereen? Hebben ze in Antwerpen ook altijd voor alles en nog wat ergens curatoren of commissarissen voor nodig?
Hoe kan het dan dat Antwerpse stadsambenaren én kunstenaars toch nog genoeg energie te over hebben om uitgerekend in Kortrijk een tentoonstelling te organiseren?

Vertrouwelijk nu.
Ik vergeet nooit – maar dan ook nooit – de repliek van de voorzitter Egide van ons Broelmuseum bij een voorstel van mijnentwege om een keer iets te doen rondom een thema als “Kortrijk, ontregelde stad”. Om daarvoor jaren tevoren financies voor te reserveren en juiste mensen aan te trekken.
De repliek was: “Mijnheer Lavaert, weet u wel wat voor werk dit teweegbrengt?
Ja, dat wist ik. Egide is ook nog nooit op internet geweest. Trek daar maar eens mee naar de museumoorlog.

Maar nu eerst een summier overzicht van de reprimande van de Antwerpse stadsambtenaar, Frank Herman.

Hij start met een enigzins verkapte aanval op prof. De Brabander.
Een academicus – master in cultuurmanagement – komt namelijk niet zo snel toe aan het organiseren van tentoonstellingen. En zijn audit is niet neutraal ten opzichte van het Museum 1302, want Véronique Lambert is nu een leerlinge van hem.

Passons.

Verder zegt hij dat de tentoonstelling Kunstwerkstede De Coene een voorbeeld is van hoe men een project kan opstarten met een landelijke relevantie waardoor een “onder de kerktoren mentaliteit” kan worden overstegen.
De tentoonstelling is een van de mooiste werkervaringen in zijn carriëre. Hij staat in bewondering voor wat men in Kortrijk met zo weinig personeel, infrastructuur, financiële mogelijkheden kan bereiken.
(Frank Herman zit met 8 in zijn cel.)

Allez, ’t is goed.
Frank Herman heeft nog weinig gelezen van kortrijkwatcher.
Anders zou hij weten dat het juist een van onze meest fundamentele kritieken is dat onze musea zelfs niet in staat zijn om samen – binnen de stadsgrenzen – iets serieus te verwezenlijken.
Anders zou hij weten dat onze musea juist omwille van een totaal gebrek aan ideeën en dynamisme externe krachten moeten aantrekken. Daar zit niet het minste museumbeleid achter.
Personeel voor de tentoonstelling De Coene was er anders genoeg.
Er waren bijvoorbeeld niet minder dan drie curatoren.
Frank Herman zelf. Hij is erfgoedcoördinator in Stad Antwerpen. Een ambtenaar. Prangende vraag: heeft hij voor zijn werk in Kortrijk vrijaf genomen? Heeft hij ook op zijn Antwerpse werkplek en met zijn (7) medewerkers arbeid verricht ten dienste van Kortrijk?
Nog een ultieme reddende engel was Terenja Van Dijk, architecte en videaste. Er was ook een “off-curator”: Matthias Lievens (van “Atmosfeer”).
Uit de brief van Herman leer ik nu ook dat er zelfs Antwerpse kunstenaars werden aangesproken.
Qua financies is hier al uit de doeken gedaan dat het budget voor De Coene zowat 31 miljoen Belgische franken bedroeg.

Kijk.
Op een eerstkomende Algemene Vergadering van de Musea zal ik nog eens een project voorstellen. Een evenement dat geheel de Stad zal bestrijken. Alle inwoners en allerlei instellingen erbij zal betrekken. De belevingswaarde wordt totaal. Kortrijk zal op de kaart worden gezet.
Er zullen drie curatoren nodig zijn. Misschien zelfs vijf, ieder met een toegewezen deeltaak. Speciale bijstand zal gevraagd worden van het Rijksmuseum van Amsterdam. Want lang geleden doken daar zeker 100.000 bezoekers op voor een gelijkaardig deelproject als wat wij op het oog hebben. De financiële kant van de zaak lossen we op door alle reserves van het Broelmuseum uit te putten. Die paraplubak wordt weer verkocht. Evenals de pijlpunten van ons Vlaamse heir in 1302. Afstoten maar.
En aangezien het evenement pas in 2009 zal van de grond komen kunnen we genieten van de nieuwe erkenningen van de musea met de bijhorende subsidies. Aan PPS zal er geen gebrek zijn, gezien de immense belevingswaarde van het evenement. Het wordt méér dan een statische tentoonstelling. Het wordt een interactieve totale gebeurtenis. Een happening zeg maar.

Nu de burgemeester bevoegd is geworden voor cultuur en grootscheepse evementen moet het lukken.

Nog vlug iets voor zowel de onze als de Antwerpse erfgoedcoördinator.
Zondag is het erfgoeddag.
Welnu. Jaren geleden heb ik voorgesteld om een tijdscapsule onder de vorm van een bunker op te vullen met voor Kortrijk typische objecten uit de 20ste eeuw. En daarrond zou een groots volksfeest worden georganiseerd. Welnu. Dit voorstel is ooit UNANIEM goedgekeurd door de gemeenteraad. Er is nooit iets van gekomen.
Andere voorstellen (bijv. het invoeren van een stadsmunt) werden in museale vergaderingen niet eens genotuleerd.
Herman! Frankie! Zo gaat het er hier aan toe! Dat je dat niet wist zeg.

P.S.
Godfried Bomans was een keer op een etentje in het museum Broel. Maar ik weet niet meer of het toen al een echt museum was.
In elk geval liep hij weg.
Dat is een waar gebeurd verhaal. Hij kon het niet meer aanzien. Niet dat gebouw, maar de mensen. De toenmalige dikke nekken.
Waar gebeurd. Ik zie hem nog voor mij. Aan de Broeltoren, kant noord. En dat hij dat toen zei aan mij. Zielezeer.

Errata (1)

We vroegen ons onlangs (13 september) af waar al die programma’s bleven voor de gemeenteraadsverkiezingen.
Het was een droefgeestig beklag.

We schreven:

1. Tot op de dag van vandaag is er nog altijd geen programma in onze bus gevallen.
Dit is dus nu nog altijd zo.

2. Van de regerende coalitiepartijen nog altijd niets gevonden. (Doelden daarmee ook op internet.)

We kregen in dit verband vanwege SP.A-schepen Philippe De Coene een berisping.
Hij meldt ons dat zijn partij-militanten al sinds begin deze maand persoonlijk het partijprogramma aan het bussen zijn.
Wist ik niet.
En dat er nu (sinds vorige vrijdag?) ook een hele tekst is te vinden op internet.

O.K.
Probeer die teksten nu maar zelf een keer op te sporen op internet.
Noch de schepen, noch de fractieleider (Marc) zeggen er tot op vandaag iets over op hun eigenste website.
Ook geen verwijzing op de website van SP.A-Kortrijk. Animo?

Maar het is geakteerd: de SP.A hééft een programma.
(De PVDA nu ook.)
Men zegt mij intussen dat de CD&V pas enkele dagen voor de verkiezingen een programma zal verspreiden. Ook goed.