Category Archives: belastingen

Evolutie van de belastingen in de vorige bestuursperiode 2013-2018

Hierna alweer wat cijfers die de mensen volgens onze pers niet interesseren.

Elke Kortrijzaan herinnert zich de goednieuwsshow van de burgemeester: onder zijn bewind zouden de belastingen niet stijgen. Ja, de twee voornaamste aanslagvoeten, op de OV en de APB, bleven gelijk, maar er werden alvast drie nieuwe (gemeente)belastingen ingevoerd.
En intussen stegen de belastingontvangsten als het ware spontaan, jaar na jaar, waarbij redelijke politiekers zouden kunnen overwegen om ergens een of andere aanslagvoet te verlagen. Ter compensatie. Die van de APB bijvoorbeeld. (Een stad is geen gezin. Moet ook geen winst maken.)
Gewezen raadslid Marc Lemaitre (SP.A) heeft dat overigens al een keer voorgesteld, maar vergat dit plotseling toen hij zelf schepen werd.

Onroerende voorheffing (OV)
Stijgingspercentage: 7,7 %

2013: 32,76 miljoen euro
2014: 33,95
2015: 34,39
35,39: 33,56
2017: 33,91
2018: 35,39
(En in 1019: 35,61)

Aanvullende personenbelasting (APB)
Stijgingpercentage: 51,08 % JA!JA!

2013: 16,63 miljoen euro
2014: 25,18
2015: 22,49
2016: 25,83
2017: 24,03
2018: 25,13
(En in 2019: 26,99)

Opcentiemen (pure gemeentebelastingen)
Stijgingspercentage: 22,2%

2013: 50,68 miljoen euro
2014: 60,45
2015: 58,09
2016: 60,71
2017: 59,28
2018: 61,94
(En in 2019: 60,01)




Verhoogde en verlaagde belastingontvangsten in 2019

We vergelijken met het jaar 2018 en houden het bij de belangrijkste (hogere) opbrengsten. Het totaal van de opbrengsten liep op van 69.514.798 (jaar 2018) naar 71.740.596 euro (jaar 2019).
Let wel: er was voor het budget 2019 voor “slechts” 69,46 miljoen aan belastingontvangsten voorzien! Een totale (onverwachte) mééropbrengst van 2.270.627 euro.
(Staat allemaal niet in de gazetten. Te moeilijk. Mensen interesseren zich daar niet voor. Hoeveel dat dan is per capita, babytjes inbegrepen? En om hoeveel het vroeger ging?)

We beginnen met enkele gestegen ontvangsten.
– De meest in het oog springende meevaller is die van de aanvullende belasting op de personenbelasting (APB).
Niet zozeer omdat de ontvangsten fel verhoogden in 2019 ten opzichte van 2018, maar omdat zij onwaarschijnlijk hoger uitvielen dan oorspronkelijk gebudgetteerd: van 24,63 naar 26,99 miljoen. Een meevaller van 2,3 miljoen, voor die post alleen.
En vergelijk met 2018 dan: 25,13 miljoen.
– Opcentiemen op de onroerende voorheffing: van 35,39 naar 35,61 miljoen. (Hier geen opvallend groot verschil met de raming.)
Afkoppelen hemelwater: van 23.000 naar 81.000 euro.
Ook opvallend: leegstaande woningen en gebouwen: van 471.261 naar 707.649 euro.
– Verblijfsbelasting (logies): van 247.800 naar 257.551 euro.
– Vertoningen (films): van 139.871 naar 151.822 euro.
– Terrassen, tafels, stoelen: van 60.762 naar 78.025 euro. (Er was slechts 57.000 euro gebudgetteerd.)
– Parkeren: van 3,35 naar 3,66 miljoen.
– Gemeentelijke administratieve sancties: van 190.431 naar 201.106 euro. (Slechts 175.000 euro gebudgetteerd.)

Nu enkele mindere ontvangsten 2018/2019
– Gewestbelasting op verwaarlozing woningen en gebouwen: van 56.692 naar 40.620 euro.
Opvallend: belasting op de afgifte van administratieve stukken: van 716.327 naar 493.681 euro.
– Banken en financiële instellingen (de fameuze belasting op geldautomaten): van 53.000 naar 45.500 euro.
– Reclameborden: van 167.512 naar 161.114 euro.
Ook opmerkelijk: verspreiding kosteloos drukwerk: van 1.993.624 naar 1.724.422 euro.


Wat kosten de corona-tegemoetkomingen aan de stad?

De financiële impact van de maatregelen is natuurlijk nog niet exact te bepalen, want niemand weet hoelang de corana-crisis kan duren. Maar als antwoord op een vraag van raadslid Benjamin Vandorpe (CD&V) krijgen we daar toch enigszins een voorlopig antwoord op.
– Het niet innen van de BID-belasting op basis van 397 handelszaken: ca. 100.000 euro.
– Opschorten logiestaks (52 belastingplichtigen): ca. 212.500 euro.
– Premies van 1.000 euro voor bepaalde cafés en restaurants (459 begunstigden): ca. 500.000 euro.
– Vrijstellen van marktkramers (105) van standgelden: 5.500 euro per maand (tot eind mei dan:13.500 euro).
– Later uitsturen van belasting: kohieren van belastingen op logiestaks, parkeren, filmvoorstellingen vertegenwoordigen een som van 193.753 euro.
(Maar uitstel is geen afstel, dus eigenlijk geen financiële impact.)
– Geen aanmaningen naar een 20-tal bedrijven. Ook dit is een betalingsuitstel en kan pas impact hebben al het betrokken bedrijf failliet gaat. Dan krijgen we te maken met oninbare vorderingen.

Al met al valt dit nogal mee.
Maar de noodtoestand verlamt de economie en brengt daarmee plaatselijk ook allerhande fiscale dalingen van ontvangsten mee, dalingen van retributies en omzetten bij stadsorganisaties, en anderzijds meeruitgaven voor corana-zorg. Raadslid Wouter Vermeersch (VB) deed daarover navraag.
Stad schat de directe financiële impact hiervan voor stad (tot eind mei dan) op 7,5 miljoen. Een significante aanpassing van het meerjarenplan zal nodig zijn.
Maar stad blijft optimistisch. Men zegt dat de jaarrekening 2019 positiever zal uitvallen dan gedacht (weerom minder verwezenlijkt dan gepland?) en er zijn in het meerjarenplan twee buffers ingeschreven ter waarde van 5 miljoen.


Opbrengst van de terrasbelasting ?

Kortrijk heeft met ingang van 1 januari van dit jaar de terrasbelasting afgeschaft.
Het besluit hiertoe werd in de gemeenteraad genomen bij de bespreking van het nieuwe meerjarenplan 2020-2025, maar een apart debat over die opheffing is eigenlijk niet gebeurd.
Het belastingreglement op het plaatsen van terrassen is voor het laatst goedgekeurd in zitting van 14 december 2015 en sloeg wel degelijk op de aanslagjaren 2016 tot en met 2020. De tarifering was volgens een zonedefinitie ingedeeld in drie categorieën en ging van 5 euro per m² over 12,5 naar 30 euro per m², jaarlijks te betalen.
Dat is dus nu ongedaan gemaakt.

Volgens de jaarrekeningen bedroeg de vordering 58.662,50 euro in 2017 en 60.762,50 euro in 2018.
De jaarrekening 2019 is nog niet gekend (dat kan aanslepen tot in mei) maar schepen Arne (u weet wel: ook Vandendriessche genaamd) meent nu al zeker te weten dat de opbrengst voor 2019 zal oplopen tot 78.025 euro voor 205 horecazaken. (Op WTV hield men het op 70.000 euro. Journalistiek!)

Slaat dit bedrag puur op vorderingen of zijn dit alreeds werkelijk geïnde bedragen? (De invordering van de belasting geschiedt middels een kohier en niet met een contante betaling.)

Hoogst waarschijnlijk is men bij de stadsadministratie zeer opgelucht dat die belasting is afgeschaft. Wat een rompslomp moet het niet geweest zijn om telkenjare per horecazaak de hoogte van het belastingbedrag te bepalen. Stijgingen en dalingen van het aantal terrassen. Verkleinen en vergroten van de oppervlakte (en hoe meet men die m² als er geen afbakening is?) Bepalen van mogelijke vrijstellingen. En al die discussies op de Grote Markt…

Evolutie van twee voorname belastingen – niet verschieten

De vorige tripartite zorgde er angstvallig voor dat ook op dit gebied de perceptie bij de bevolking gunstig bleef. Net even (v)als als nu. Met medewerking alweer van de lokale pers, want die vermeldde hieromtrent nooit cijfers. Men hamerde er steeds maar op dat de (belangrijke twee) aanslagvoeten ongewijzigd bleven. Maar over de stijgende opbrengsten ervan: geen woord. (Noch over de nieuwe belastingen.)
Aangezien de jaarrekening 2018 nu is gekend, kunnen we een overzicht geven van de evolutie van de APB en de OV over de gehele vorige bestuursperiode.

Het meest zijn we geschrokken over de stijgende opbrengsten van aanvullende personenbelasting (APB). Het stijgingspercentage bedraagt niet minder dan 51,07 %.
2013: 16.636.785 euro
2014: 25.183.922
2015: 22.494.502
2016: 25.833.715
2017: 24.034.827
2018: 25.134.052
Voor 2018 is dit per capita (baby’s inbgrepen) 329 euro

D e opbrengsten van de opcentiemen op de onroerende voorheffing (OV) stegen met 7,7O %.
2013: 32.867.533 euro
2014: 33.955.171
2015: 34.391.773
2016: 33.566.418
2017: 33.915.473
2018: 35.399.228
Per capita is dit 463 euro in 2018.

Net omwille van de spontane stijging van de belastingopbrengsten wilden ooit de raadsleden Marc Lemaitre en wijlen Juul Debaere (toen nog in de oppositie) aanslagvoeten verminderen. Van dit soort voorstellen nooit meer iets gehoord.




Opbrengst belastingen

Het wordt tijd om weer eens uit te pakken met wat cijfergegevens.
De gazetten vertikken het, terwijl we pertinent weten dat vele burgers daarin zijn geïnteresseerd, zeker als het om belastingen gaat.
In 2018 bedroegen de vorderingen in totaal 69.514.798 euro. Per kop – baby’s inbegrepen- (76.344 inwoners) is dit 910 euro. Dat is meer dan verwacht want het budget (de raming) bedroeg 67.771.660 euro.

De stad telde 39 soorten belastingen in 2018. We gaan er daarvan enkele opvallende opsommen.
Om te beginnen de twee voornaamste.
We geven telkens:
– eerst het verwachte budget in 2018, een raming
– daarna wat er werkelijk in dat jaar werd gevorderd
– en als derde cijfer de vergelijking met de vordering in 2017.

Opcentiemen op de onroerende voorheffing
– 34.561.567
– 35.399.228
– 33. 915.473
Toen de tripartite begon in 2013 ging het om 32.867.533 euro.

Aanvullende belasting op de personenbelasting
– 24.295.061
– 25.134.052
– 24.034.827
In 2013: 16.636.785 euro.
Dat ziet er dus niet slecht uit...(Wat stom dat de gazetten dat niet melden.)

Nu enkele belastingen die toch wel veel opbrengen, waarschijnlijk méér dan u verwachtte.
Belastingen op de afgifte van administratieve stukken
– 710.000 (begroot)
– 716.327 (gevorderd)
– 730.537 (in 2017 gevorderd)
Verspreiding kosteloos reclamedrukwerk
– 2.000.000
– 1.993.624
– 2.188.314
Gemeentelijke administratieve sanctie
– 245.000
– 190.431
– 240.583
(Bij velen heerst het het misverstand dat die GAS winst is. Er zijn veel personeelskosten mee gemoeid.)
Motorrijtuigen
– 1.244.589
– 1.319.342
– 1.270.182
Geldautomaten (Een van die nieuwe belastingen.)
– 59.000
– 53.000
– 56.000
Verblijfsbelastingen (Ook nieuw.)
– 245.000
– 247.0000
– 239.128
Reclameborden
– 167.500
– 167.512
– 164.870

En deze belastingen zullen u ook wel interesseren.
Verwaarlozing woningen en gebouwen
– 42.500
– 56.692
– 33.954
Taxidiensten
– 23.847
– 32.849
– 27.168
Parkeren !!!
– 3.340.000
– 3.356.205
– 3.481.879
Leegstaande woningen en gebouwen
– 471.200
471.261
– 409.695

En wat bracht er niks op?
– 1 euro (budget)
– nul euro
– nul euro













Nog een belasting die veel opbrengt

Het gaat om de belasting op niet-geadresseerde (huis-aan-huis bezorgde) publiciteitsbladen.
Voor de eerste 5 maanden van dit jaar is er alreeds een bedrag van 601.324 euro ingekohierd (vastgesteld).
– Vorig jaar (12 maanden): 1.993.624 euro.
– 2017: 2.188.314 euro (13 maanden want 37 belastingplichtigen dienden hun aangifte te laat in).
Voor het gemak raamt het bestuur telkenjare de opbrengst op 2 miljoen euro.
P.S.
In vroeger tijden zou de Kortrijkse liberale fractie dit een verfoeilijke, pesterige bedrijfsbelasting hebben genoemd.

Meest recente rapport winkelleegstand

Te bestellen bij “Locatus” voor 395 euro (excl. BTW).  Wie dat evenwel voor 15 februari doet krijgt een korting van 100 euro.
De redactie van kortrijkwatcher krijgt te weinig subsidies om dit rapport te kopen.
We zouden dat rapport wel willen inkijken, om de cijfers te vergelijken met wat het Kortrijkse schepencollege  daarvan zegt.  Schepen Arne (zeg maar: Vandendriessche) liet al aan de pers (niet aan de gemeenteraad) weten dat hij de belasting op leegstand drastisch wil verhogen.  Zal dat veel helpen? (Grote bevraging.)

P.S.
De bestaande belasting op leegstand wordt door de slachtoffers ervan zeer vaak in beroep aangevochten bij het schepencollege. Staat ook nooit in de gazetten.

Berekening van de onroerende voorheffing

Vanwege diverse mogelijke verminderingen (bescheiden woning, kinderen, gehandicapten, coëfficiënten, tarieven)  is de berekening niet zo eenvoudig.
We houden het bij de grote lijnen.

Berekening van de indexatie van het K.I.
Stel een woning met een niet-geïndexeerd K.I van 720 euro. (Huurwaarde min bijv. 40 procent kosten.)
We vermenigvuldigen dit bedrag met de huidige indexatie-coëfficiënt van 1,7863. Dat geeft afgerond 1.286 euro.

Aandeel Vlaams Gewest
We houden het bij het standaardtarief van 3,97 % op het geïndexeerde K.I.
Op 1.286 euro is dit 51,05 euro.  Dit is in ons voorbeeld de basisheffing.

Aandeel provincie
Voor West-Vlaanderen is het tarief nu 186,22 %.
51,05 euro maal 186,22/100 = 95 euro.

Aandeel gemeente
De opcentiemen bedragen hier 1750.
51,05 euro maal 1750/100 =  893 euro.

Traditioneel brengt de onroerende voorheffing meer op dan de aanvullende personenbelasting.  In 2017 ging het om  33.915.473 euro.  In 2013:  32.867.533 euro.

Een P.S.
De twee belangrijkste belastingen (APB en OV) brachten vorig jaar samen 57.950.300 euro op.   Per inwoner (76.252 koppen, baby’s inbegrepen) betaalden we daarvoor alleen al 760 euro.  Staat niet in de pers?

Wanneer betaalt u 1000 euro aanvullende personenbelasting aan de gemeente?

U zult nu ongeveer wel uw aanslagbiljet hebben gekregen in de personenbelasting en de aanvullende belasting voor uw inkomsten van 2017 (aanslagjaar 2018), met wellicht zelfs het bedrag dat men u zal terugbetalen.
Helemaal onderaan het “detail van de berekening ” vindt u het aandeel in de gemeentebelasting.  In Kortrijk is het tarief nog altijd 7,9 % op het totale belastbaar inkomen (federaal en gewestelijk).

Als dat belastbaar inkomen uiteindelijk 12.658,23 euro bedraagt krijgt de Stad van u netjes 1.000 euro.
In 2017 bracht de personenbelasting 24.034.827 euro op.
In 2013 (eerste jaar van de tripartite) slechts 16.636.785 euro.  Incident.  Maar het volgende jaar al meteen 25.183.922 euro.  Het recordjaar was 2016:  25.833.715 euro.

Misschien moet u ook opcentiemen betalen op de onroerende voorheffing.
Die is gebaseerd op uw (geïndexeerd) kadastraal inkomen (of de ontvangen huur).  De basisheffing is bestemd voor de Vlaamse overheid (standaardtarief voor het aanslagjaar 2018 is 3,97 procent).  De  opcentiemen op de basisheffing gaan naar de provincies en de gemeenten.  In Kortrijk is de aanslagvoet 1750 opcentiemen.
Daarover later wat meer.