Category Archives: ambtenaren

Waarom zoekt Kortrijk een “intendant” voor cultuur ?

Als we dat maar eens wisten !
De aanstelling van een “intendant” als dienstverlener in een beleidsdirectie is waarlijk een unicum, niet enkel voor Kortrijk maar in alle Vlaamse gemeenten.
Aan de ambtenarij hoef je die vraag naar het waarom niet voor te leggen. De deontologische code die ambtenaren in de gemeenteraad van maandag 14 september aanstaande in de maag gesplitst wordt, geeft ze naar buiten uit weinig (geen) spreekrecht.

Zullen we het dan maar vragen aan Christine Depuydt, de nieuwe schepen van cultuur?
In het Kortrijks Handelsblad van vandaag zegt zij daar iets cryptisch over.
Huidig cultuurdirecteur Machteld Claerhout (vast benoemd, KW) is met zwangerschapsverlof en krijgt daarna een andere opdracht. En in deze legislatuur komt er geen nieuwe cultuurdirecteur. Dat is gewoon zo. Dat gaat hier zo. Vandaar dus: “Wij leggen maandag aan de gemeenteraad voor om een intendant alles op een rij te laten zetten”. Alles op een rij. Stond niets op een rij zeker.

In klare taal betekent dit dat er stront aan de knikker is in het gehele Kortrijkse cultuurbeleid. Dat er bijvoorbeeld een totaal gebrek is aan management (inzet) en dat men er beter aan had gedaan om de proeftijd van Machteld Claerhout wat langer aan te houden dan één jaar. Overigens is over – laat ons zeggen – de vacatie van Machteld nog geen enkel Collegebesluit bekend. Terwijl dat ergens al in juni-juli is beslist.

Schepen Depuydt zegt dat in het KH een beetje anders omfloerst. Kan ze goed.
“De bedoeling is om alles beter op elkaar af te stemmen, te kijken welke projecten haalbaar zijn en of wij daar al of niet subsidies kunnen voor krijgen. Het komt er op neer dat wij alle inspanningen en voorzieningen op cultureel vlak beter willen laten renderen.”

Intussen blijft er nog de vraag waarom – in afwachting van bijvoorbeeld de aanwerving van een nieuwe cultuurdirecteur – een intendant nodig is. We hebben hier toch nog een cultuurbeleidscoördinator ? Hapert er daar misschien ook wat mee?
Nog in het KH beweert de schepen nochtans dat wij in de cultuursector op diverse posten waardevolle mensen hebben.

De opdracht van de intendant is tijdelijk en loopt maximum tot en met 30 juni 2013. Volgens schepen Depuydt zou de intendant begin volgend jaar moeten kunnen starten, maar dat staat niet in het voorgelegde gemeenteraadsbesluit.

Brengt de tekst van het gemeenteraadsbesluit misschien uitsluitsel over de vraag waarom cultuur plotseling een intendant nodig heeft?
Tijdelijk en misschien wel deeltijds?
We citeren in de ambtelijke taal.
“Het cultuur- en kunstenbeleid van de stad Kortrijk wordt op heden gekenmerkt door een veelheid aan (deel)visies en beleidsplannen die er dienaangaande intern en extern leven.” (Vertaling van KW: het is een soep van jewelste.)
“Daarenboven formuleerde de stad een overkoepelende beleidsambitie om van Kortrijk een jonge dynamische woonstad te maken. Tijd dus om beide elementen te vertalen in een integrale en geïntegreerde visie die aangeeft welke de verschillende ambitieniveaus zijn die door de respectievelijke facetten van het cultuurbeleid kunnen worden nagestreefd. (…) De intendant zet in essentie de grote lijnen voor het cultuurbeleid uit en implimenteert deze visie.”

Hoe moeten we dit nu weer verstaan?
Dat er tot op heden dienaangaande nog weinig is gebeurd?

De kandidaat-intendant wordt gevraagd om een visietekst voor te leggen en een stappenplan. Alstublieft zeg? Gaan we weer herbeginnen?
Tip: er bestaat voor deze legislatuur al een lijvig (197 bladzijden) beleidsplan en alles staat er in. Er is zelfs een SWOT-analyse gemaakt die wat de zwakke punten betreft alleszins juist is voorspeld.
Voorspelde zwakke punten waren toen al onder meer: 1) nood aan beter afstemming tussen beleids- en beheersdirecties, 2) nood aan rolafbakening en interne communicatie, 3) de vaststelling dat niet altijd de juiste mensen op de juiste plaats staan.

Juist. Klopt.
De intendant weet dus wat hem te doen staat. De verantwoordelijken aan de dijk zetten.
Managen. Leiding geven. Niet veel delegeren. Veel zelf doen. Niet theoretiseren. Niet de zoveelste visie willen ontwikkelen. Op de werkvloer staan. Het heft in handen nemen. Overal (op kantoor én op manifestaties) en altijd aanwezig zijn. Fysiek contact houden met de culturele actoren. Dingen afschaffen. Bijvoorbeeld het Autonoom Gemeentelijk Bedrijf Buda. (Niet te verwarren met Buda KC.)
Na een half jaar moeten we hem allemaal kennen en herkennen.

P.S.
In een volgend stuk beantwoorden we min of meer de vraag hoe men aan een intendant-cultuur wil komen en wat dat moet kosten.

Over een spreekverbod en spreekplicht voor stadspersoneel

Maar eerst even dit.
A code is nothing, coding is everything.
Het gemeentedecreet verplicht gemeentebesturen tot het opstellen van een deontologische code voor ambtenaren en raadsleden, inclusief die van het College. Moest ten laatste gebeuren tegen eind 2006.
Voor het Kortrijks stadspersoneel (ook de brandweer?) is er nu pas een ontwerp opgemaakt.
Voor de raadsleden stond er in zitting van 11 februari 2008 een deontologische code op de agenda. Dusdanig belachelijk dat die is weggestemd. Beslist werd toen (in 2008) om een werkgroep met juridische assistentie op te richten ten einde een nieuwe code op te stellen. Niets meer van gehoord.
Niettemin – het is te gek voor woorden – besliste het College daags nadien om de code zoals goedgekeurd in de gemeenteraad (sic) ook van toepassing te brengen voor burgemeester en schepenen…

Ja, coding is everything.
Er is al van bij het begin van deze legislatuur een werkgroep ter zake opgericht!
En nu ligt er dus een ontwerp voor met een gedragscode voor het stadspersoneel.

Hierin krijgt het personeelslid een principieel spreekrecht en in een aantal gevallen ook een spreekplicht. Maar het spreekrecht zal steeds op een gereserveerde manier uitgeoefend worden. Wel, dat heeft elektronisch journalist kortrijkwatcher al meermaals ondervonden. Dit jaar alleen al tweemaal geen ambtelijk antwoord gekregen op twee puur informatieve vragen.

In de code staat nog dat er een spreekverbod geldt voor het bekendmaken van gegevens die betrekking hebben op de voorbereiding van beslissingen. Dat mag niet. Er is een omzendbrief van 1 december 2006 (VR/2006/2) van toenmalig minister-president Yves Leterme over openbaarheid van bestuur.
Die zegt: “Een document opgesteld in het kader van een besluitvormingsproces verkrijgt zijn definitieve status als het ondertekend is door de bevoegde persoon. Dat betekent dus NIET dat er een eindbeslissing moet zijn in het besluitvormingsproces. Ook tussentijdse rapporten, adviezen en dergelijke zijn openbaar.”

Art. 3 § 6 van het ontwerp vermeldt nog dat contacten met de pers en media verlopen via de communicatieambtenaar indien het initiatief uitgaat van het stadsbestuur. Niet verstaan. Betekent dit dat schepenen en burgemeester niet meer persoonlijk mogen bellen naar de pers om in de gazetten te komen?
En dit wordt ingewikkeld. “Als een personeelslid wordt gecontacteerd door de pers loopt de communicatie via de voor de communicatie aangestelde ambtenaar binnen de directie in overleg met de functioneel bevoegde schepen”.
Peter Lanssens van “Het Laatste Nieuws”, knoop dat maar eens goed in je oren.

Over de spreekplicht is de code bijzonder karig.
In die voor het stadspersoneel van Ronse staat er dit te lezen: “Wanneer de omstandigheden het rechtvaardigen is klokkenluiden een optie.”

Trouwen buiten het stadhuis ? Mag dat ? Kan dat ?

VLD-fractieleider Koen Byttebier had in de krant gelezen dat in de Kamer op 26 maart een wetsvoorstel is goedgekeurd waarbij gemeenteraden de bevoegdheid krijgen om meerdere plaatsen aan te duiden waar huwelijken kunnen worden voltrokken. Vandaar dat hij in de gemeenteraad van vorige maandag aan Marie-Claire Vandenbulcke, de schepen van trouwplechtigheden, vroeg of zij bereid was om voorstellen te doen omtrent mogelijke locaties.
Zelf suggereerde het raadslid markante eigentijdse locaties (het museum 1302), charmante (kasteel van Heule of ’t Oud Gemeentehuis van Marke), en nog enkele andere plaatsen in deelgemeenten. Kwestie van Stad “trouwvriendelijk” te maken.

Politici doen er altijd best aan om niet de papieren perse als secundaire bron aan te nemen, maar wel de originele authentieke documenten.

Jawel, in het oorspronkelijk ingediende (al in mei vorig jaar) wetsvoorstel stond dit te lezen: “De gemeenteraad wijst binnen de gemeente een of meerdere plaatsen aan om huwelijken te voltrekken.”
In de door de plenaire aangenomen tekst zijn evenwel de woorden “een of meerdere plaatsen” weggevallen. En van een soort (onuitgesproken) opgelegde verplichting is geen sprake meer.
De goedgekeurde tekst luidt nu: ” De gemeenteraad kan binnen de gemeente een andere openbare plaats met een neutraal karakter, waarvan de gemeente het uitsluitend gebruiksrecht heeft, aanwijzen om huwelijken te voltrekken.”
Op de één van “een openbare plaats” staan geen accenten. Het is dus geen telwoord?

De verslagen van de commissies zijn hieromtrent onduidelijk, dubbelzinnig.
In elk geval benadrukte de staatssecretaris Melchior Wathelet dat hij het wenselijk vond om de keuzemogelijkheid te beperken tot één (1) alternatieve plaats. “Als de gemeenten meerdere plaatsen aanwijzen, zullen de koppels de plaats willen kiezen die hun het best uitkomt en zullen ze niet begrijpen waarom niet systematisch op hun verzoek wordt ingegaan.”
Voorts is er nu wel een heel duidelijke beperking in de keuze van de mogelijke plaats(en). Het moet gaan om een locatie waarvan de gemeente het uitsluitend gebruiksrecht heeft !

Uit de voorafgaande besprekingen in de Kamercommissies kan men ook afleiden dat de keuze van de plaats(en) waar men eventueel kan trouwen niet afhankelijk is van charme, eigentijdsheid, gezelligheid, romantiek of originaliteit.
Citaat uit de subcommissie ‘familierecht’, vanwege een mede-indiener van het voorstel (Raf Terwingen van CD&V.)
“Belangrijk is aan te stippen dat het moet gaan om vaste plaatsen. Het is inderdaad belangrijk dat dit niet geheel vrijgelaten wordt, om te vermijden dat door bepaalde bewoners druk wordt gevoerd om te kunnen huwen op gelijk welke plaats, op de meest originele manier.”
En toen naar aanleiding van het millennium veel kandidaat-trouwers op een originele plaats en/of manier in het huwelijksbootje wilden stappen heeft de minister van Justitie op 14 december 1999 nog een circulaire naar de gemeenten verstuurd om te zeggen dat dit niet mocht.

Het wetsvoorstel is in de plenaire zitting van de Kamer met een ongeziene meerderheid goedgekeurd. Zonder een woord. De verslaggeefster was zelfs afwezig. Slecht één onthouding en geen enkel tegenstem.
In feite is de diepe bedoeling van de wetgever om een aantal uitzonderlijke, bestaande gebruiken een wettelijk karakter te bezorgen. Huwelijken in districthuizen (Antwerpen), in gevangenissen of ziekenhuizen.

Schepen Vandenbulcke was in haar repliek duidelijk niet happig om in te gaan op het voorstel van haar partijgenoot Koen Byttebier.
We hebben namelijk in het stadhuis een mooie trouwzaal (dat doet er dus even niet toe) en daarenboven kunnen we straks van de Raadskelder gebruik maken om een toast uit te brengen op het geluk van het nieuwe trouwkoppel.
Maar, misschien zouden later na restauratie de Broeltorens nog in aanmerking kunnen komen.

Kom thuis in de Stad werken (3): 303 plus 111 ?

Wat schrijft die papieren perse (die van de dode bomen) toch weer allemaal?
Of misschien beter: wat tekenen persjongens toch allemaal op uit de mond van de burgemeester? Zonder dit te checken bij kortrijkwatcher. (Zie stuk van 22 februari, met als titel “kom thuis werken”.)

Ziehier wat er staat in “Het Nieuwsblad” van vandaag. Kop: “303 geïnteresseerden voor twee jobs”.

“In tijden van crisis zijn jobs bij overheidsbesturen zeer gegeerd. De stad Kortrijk heeft vacatures voor twee arbeiders,waaronder één in de dienst milieu. Het wordt een moeilijke keuze voor de stad want volgens waarnemend burgemeester Lieven Lybeer zijn er voor de ene functie 169 kandidaten en voor de andere 134. Samen willen dus 303 werkzoekenden één van de twee jobs.”

Wat klopt er daar nu van?
Het aantal geïnteresseerden zal wel juist zijn. (Maar dit staat nu wel niet te lezen in de krant: voor de 3 gezochte poetsvrouwen of -mannen waren er op de sluitingsdatum van de inschrijving – op 1 februari – 111 gegadigden.)
Overigens zou Stad wellicht het aantal inschrijvingen kunnen beperken door veel nauwkeuriger de (diploma)vereisten en de gevraagde nuttige ervaring te vermelden bij de vacatures. Bij de advertenties in het kader van “Kom thuis werken!” leek het erop alsof zowat iedereen kon solliciteren.

Lieven Lybeer was toen net nog geen burgemeester toen het College begin januari besliste dat Stad uitkeek naar 12 ploegbazen (niveau D4). Voor de directie Leefmilieu alleen al waren er 6 vacatures. Hoe staat het daarmee?
De burgemeester heeft het in de krant van vandaag evenwel over twee arbeiders, waarvan één in de dienst Leefmilieu.
Maar waar haalt hij dat toch?
Begin januari zocht men op niveau D1-D3 alleen al voor leefmilieu naar 6 vakmannen. Zes. En verder nog naar één iemand voor de dienst Facility (gebouwen), drie poetsers en twee “zaalwachters”.
ZIJN ER DAN AL ENKELE ARBEIDERS HORS CONCOURS AANVAARD? ZIJN HET VOORMALIGE KAJOTTERS?

Nog dit.
Voor bepaalde van die functies wil men systematisch “het kader verjongen”.
Hoeveel van die 303 vermelde werkzoekenden hebben zonder het te beseffen nodeloos gesolliciteerd?
Weet u wie er nog zal afvallen uit de race? Al wie het bewijs van diplomavereisten niet heeft opgestuurd vóór 1 februari.

“Kom thuis werken”! Vacatures in Stad (2)

Helaas weten we nog niet hoe de diverse jury’s zullen zijn samengesteld. Daarover zou een nota worden voorgelegd in het schepencollege van 14 januari, maar die is niet te vinden. Kandidaten! Vergeet de ultieme inschrijvingsdatum van 1 februari niet.
Maar maakt u een kans?

Wil je (thuis) ploegbaas van niveau D4 worden?
Momenteel zijn er 12,2 VE vacant in contractueel verband. De vacatures kunnen per soort functie onderwerp uitmaken van 6 verschillende selectieprocedures. Te weten: aanwerving, bevordering, procedure van interne personeelsmobiliteit, en combinaties van dit alles.
Men zoekt naar 6 ploegbazen bij de directie Leefmilieu(algemeen) en nog 2 bij leefmilieu (groen). Bij Mobiliteit en Infrastructuur wil men 1 iemand met specialiteit technische uitrusting en nog 1 iemand voor wegeniswerken. Bij Facility (hier garage) is er 1 ploegbaas nodig. En bij de directie Sport wil men 1 iemand aanwerven of bevorderen. Totaal: 12 personen.
Het salaris is gekend bij de bevorderingsprocedure. Minimum bruto basismaandwedde is 2.179,32 euro plus 21,85 euro standplaatsvergoeding. Iemand uit de privésector kan maximaal 15 jaar nuttige ervaring in rekening brengen voor het bepalen van de geldelijke anciënniteit. Voor de functie van ploegbaas speelt naast uw syndicale gezindheid ook ervaring en emotionele of sociale intelligentie een cruciale rol. Vandaar dat men in feite op zoek gaat naar “senior ploegbazen” zodat heel jonge mensen of schoolverlaters eigenlijk niet hoeven te solliciteren. Van de stadsmedewerkers die wensen mee te doen aan de competitie verwacht men 4 jaar niveau-anciënniteit.

Misschien wil je administratief medewerker van niveau C1-C3 worden?
Momenteel zijn er 2 vacatures bij de directie Burger en Welzijn, dat is 1 voor het team ‘jeugd’ en 1 voor het team ‘vreemdelingen’.
Hier zullen de vacatures uitsluitend ingevuld via een aanwervingsprocedure. Maar het is de bedoeling om later op het jaar ook een bevorderingsprocedure op te starten voor personeelsleden van niveau D. Hier is het Collegebesluit dubbelzinnig. Plots luidt het: “Vanzelfsprekend kunnnen onze administratieve niveau D-medewerkers die aan de diplomavereisten (hoger secundair onderwijs) voldoen ook aan de aanwervingsprocedure deelnemen”.
De medewerker van het team “vreemdelingen” zal wel van enige talenkennis moeten getuigen. Plus wat juridische kennis en maturiteit. Men zoekt dus een “senior medewerker”. Meerekenbaarheid van de nuttige ervaring is hier bepaald op 15 jaar.
Voor het team ‘jeugd’ mag het een “junior” zijn. Hij krijgt zelfs de kans om zijn job op de werkvloer aan te leren en wat de “meerekenbaarheid” van de ervaring betreft is maximaal vijf jaar van tel.
De personeelsadvertentie op de website van Stad is weerom niet heel precies. Men zegt er niet bij dat men voor de medewerker “jeugd” zal putten uit de werfreserve. Solliciteer dus weerom niet.

Er is ook nog een vacantverklaring van assistenten (D1-D3).
Op heden gaat het om 1 polyvalent vakman bij het gebouwenteam van de directie Facility, 3 poetspersonen (waarvan 1 bij cultuur), 1 vakman infrastructuur, 4 redders (tijdelijk), 2 zaalwachters bij de directie Sport (in feite voor de opvang piek seizoen in het open zwembad!), 4 vakmannen voor groenonderhoud, 2 vakmannen leefmilieu. Maar: “technisch gezien komt dit neer op 7 aanwervingsprocedures”.
Omdat men in de loop van dit jaar nog vacatures verwacht opteert men voor het aanleggen van een wervingsreserve.
Alleen voor de functie van polyvalent vakman, de vakman voor groenonderhoud is ervaring vereist. Bij de andere functies streeft men naar verjonging van het kader.

Zeau.
Nu weet u wat meer dan er staat op de website van Stad en kunt u beslissen of het zinvol is om te solliciteren.

“Kom thuis werken” ! Vacatures in Stad (1)

Onder de ietwat ongelukkig gekozen metaforische titel “kom thuis werken” kunt u op de website van Stad een aantal vacatures vinden. Men zoekt vakmensen, ploegbazen, administratief medewerkers. Het klein grut dus.

Maar om hoeveel vacatures gaat het juist? Hoeveel valt er te verdienen? Hoe verloopt de aanwerving of bevordering? Is er een jury? Aan welke vereisten moet men voldoen?

De vacantverklaringen zijn pas gebeurd in een schepencollege van 7 januari. Moesten dan nog openbaar gepubliceerd in een extra Stadskrant (al gezien?), de Streekkrant (?), de VDAB-website (al gevonden?), – terwijl de uiterste inschrijvingsdatum al op 1 februari valt. Ga vooral op audiëntie bij Lieven Lybeer. Zie zijn website voor dagen en uren. Pint drinken in “De Gilde”. Niet: de “Middenstand”. Laat enigszins blijken dat uw vadere, met moedere, ooit lid waren van het reisbureau Ultra Montes. Aan voorhuwelijkssparen deden. Een verloofdencursus volgden. Kardinaal Cardijn in het VTI mochten de hand drukken.
Kajotters hebben voorrang.

Meer info in een volgend stuk.
Lees intussen hier nog eens dat stuk van 23 mei vorig jaar. “Nieuwe betrekkingen in het verschiet”.
Daarin zagen we dat het College toen een shortlist had opgemaakt van aan te werven personeel van een eerder hoger niveau. Een wooncoördinator, een onderwijscoördinator, een coördinator Europa/euroregio. Welnu, die wervingsdossiers zijn nu nog altijd lopende!

Met nog een aantal andere belangrijke dossiers. Over de aanwerving van een deskundige voor het economisch loket (dat unieke?), een boekhouder voor Financiën (waarschijnlijk voor de autonome gemeentelijke bedrijven en VZW’s), een Vlarem-deskundige voor de directie Leefmilieu. Die laatste dient om schepen Bral van Milieu uit te leggen wat een ozongat is en wie sir Kyoto is.

Er is ook nog sprake van een vormingsdeskundige, maar ik meen te weten dat die al is aangesteld via interne rotatie van een voormalig onderwijskundige naar een “vormingsverantwoordelijke”.
(Een vormingsdeskundige is een deskundige over vorming.)

En: wanneer zal men nu een keer eindelijk de procedure opstarten voor de aanwerving van een wetenschappelijk medewerker voor het Broelmuseum?

(…)

Een fotocabine of niet in de dienst burgerzaken? Geef uw mening! VOX mee!

Om de haverklap vragen de media onze (soms ongezouten) mening over alles en nog wat.
Laat ons dit voxen noemen. De ‘vox populi’ aan het woord laten.
Kortrijkwatcher doet daar zeer ongaarne aan mee, maar volgens onze directie heeft deze trend naar democratische interactie een positieve invloed op ons abonnementenbestand en daarmee op onze reclame-inkomsten.
Zodus. De hoofdredacteur geeft onder deze commerciële druk toe, met dien verstande dat hij heeft bekomen dat de lezer tenminste argumenten zal krijgen om zijn mening te staven. Zodat we niet geconfronteerd worden met volkomen onnozelheden.

Het schepencollege heeft principieel beslist om een fotocabine te plaatsen in de dienst burgerzaken in de Leiestraat.
En dit terwijl de directie Burger en Welzijn zelf daar faliekant tegen gekant is!

Wat vindt u daar nu van of over?

Laat ons even de voor- en nadelen op een rijtje zetten.

De voordelen

– Betere service naar de burger toe.
– De kwaliteit van de foto’s genomen in een cabine is er gevoelig op vooruit gegaan.
– Lage kostprijs (5 euro voor 4 of 5 foto’s).
– Opbrengst is voor de stadskas (25 procent op de netto-omzet).

De nadelen

– Concurrentie aan Kortrijkse fotografen.
– Wat als blijkt dat de foto’s niet kunnen aanvaard worden? Geld teruggeven? Gratis tweede poging?
– Wat bij tijdelijk defect van de cabine?
– Komen er ook cabines in de randgemeenten?
– Wat met mensen die niet zo vertrouwd zijn met het gebruik van dergelijke toestellen?
– Zal men (bijvoorbeeld jongeren) geen misbruik maken van het toestel?
– Er is elders al een fotocabine.
– In de toekomst wordt alles digitaal.

Kent u nog voor- of nadelen?
Alvorens u hier gaat voxen nog dit.
Blijkt dat het stadsbestuur al enige mogelijke leveranciers heeft geraadpleegd.
Twee firma’s stellen voor om gratis een cabine te plaatsen, met een return van 25 procent voor de stadskas. Zijn nog bereid om in te staan voor het onderhoud (niet voor de energiekosten) en ze garanderen de herstelling van een defect binnen de 8 uur. Zij garanderen ook terugbetaling in geval dat de foto aanleiding geeft tot gekibbel.
Een andere firma stelt voor dat Stad gewoon een toestel koopt. (Kostprijs 17.000 euro.)

Zo.
Nu kunt u met kennis van zaken oordelen.
De fundamentele vraag is natuurlijk tot hoeverre dienstverlening van Stad aan de burger kan leiden.
Kan er nog een schoenmaker vanaf? Er zijn al veel hoge hakken gesneuveld van vrouwen die inderhaast nog een paspoort wilden ophalen in de dienst burgerzaken of bevolking.
(Onze directiesecretaresse wil ook wat meer fauteuils in stadsdiensten. En een plaatsje om zich wat op te maken als zij zich door de regen naar de Leiestraat moet spoeden.)

Hoeveel geld krijgen onze gebiedswerkers en wat doen ze daarmee?

Hoe zouden wij dat nu weten, als de gebiedswerkers zelf van de 17 gebieden op hun weblog (www.kortrijkidee.be) melden dat zij zich het hoofd breken over de vraag wat te doen? En qua middelen is het ook niet eenvoudig om uit te vissen om hoeveel euroots het gaat.
We doen een poging.
De financiële middelen komen van de Vlaamse overheid, het Stedenfonds. Niet te verwarren met het Gemeentefonds (25,1 miljoen volgend jaar) en het Stadsvernieuwingsfond (2,3 miljoen). In de periode 2003-2008 kregen we van het Stedenfonds 10 miljoen en daarvan ging ieder jaar gemiddeld zowat 400.000 euro naar gebiedswerking. Was toch zo voorzien, nog nooit een afrekening daarover gezien.
Voor de periode 2008-2013 gaat het om 12,9 miljoen. Op jaarbasis is dat 2.162.904 euroots. Dat komt allemaal van ons, als Kortrijks belastingbetaler. Nooitniettevergeten.

Nu proberen we uit te vissen hoeveel van die subsidies volgend jaar specifiek naar gebiedswerkers Berthiel en Cie gaan.
Dat is niet eenvoudig. Wat is gebiedswerking? En wat is het verschil met buurtwerk? Volgens een overeenkomst tussen het stadsbestuur en de Vlaamse gemeenschap slaat gebiedswerk op vijf functies: dienstverlening, informatie en advies, ontmoeting, gemeenschap en beleid. Het is maar dat je het weet: volgens de stadsbegroting 2009 behoren daar bijvoorbeeld ook de Tinekesfeesten van Heule toe. Communicatie ook. Men overweegt om sterk in te zetten op de ontwikkeling van gebiedswebsites en andere gebiedsgerichte communicatie (buurt- en dorpskranten, infoflashes en dies meer). We zouden uit de subsidiepot aan communicatie in het algemeen 225.047 euro besteden.

In totaal krijgen we van de Vlaamse overheid volgend jaar voor wat in het jargon genoemd wordt “operationele subdoelstelling 2” (projectwerking) 1.125.237 euro. Die OD2 wordt onderverdeeld in buurtwerk, flankerende maatregelen op publiek domein en specifieke projecten. (Merk op dat de term ‘gebiedswerking’ hier niet voorkomt.)

We weten nu met hoeveel subsidies van bovenuit (dat is van ons) men hier aan de slag kan gaan.
Nu proberen in de stadsbegroting 2009 na te gaan wat daarvan letterlijk aan gebiedswerking zal besteed worden.
Nogmaals, het is niet eenvoudig.
In de aparte rubriek “toelagen” duikt plots een post op van 30.000 euro. Vermoedelijk dient dat geld voor premies aan burgers die een wijkactiviteit opzetten. (Ik vermoed dat.) En bij de investeringen staat net als vorig jaar een bedrag van 300.000 euro. (Is dat voor de zgn. opvoedingswinkel? Ik weet het niet.)

Assumpties

We kijken verder in de begroting, de zgn. gewone dienst. Dat zijn de “dagelijkse uitgaven”. Het overzicht van de activiteiten.
Maar wat moeten we doen met de post “buurtwerk”? Op een bepaalde bladzijde staat die rubriek afzonderlijk aangegeven (ca. 420.000 euro netto-kost), een andere keer is er melding van “buurtwerking/gebiedswerking”.
Vorig jaar voorzag men voor die werkingskosten 137.000 euro. Nu wat minder: 113.780 euro. Het wordt niet letterlijk gezegd, maar volgens mij gaat daar 80.000 euro van naar een sportmedewerker ! (Daar ben ik bijna zeker van. Het is een assumptie.)

Verder.
In de rubriek cultuur doet men ook aan gebiedswerking. Voor 102.800 euro.
Hierin steken de dorpskranten (13.000 euro), de straat-, buurt- en wijkfeesten (70.000 euro), de tinekesfeesten (12.500 euro), de 11-julivieringen in de deelgemeenten (4.000 euro). Plus iets wat niet is te verstaan: culturele werkgroepen (3.000 euro).

Verder.
Voor gebiedsgerichte communicatie voorziet men 15.000 euro. Slaat op “prestaties van derden”, maar verder weten we daar niets over.

Verder.
’t Is gedaan.
Voor zover men dat kan nagaan krijgt Berthiel volgend jaar 561.580 euroots ter beschikking.
Kan hij dat nu niet een keer op zijn weblog publiceren, met een soort jaaractieplan?

Gebiedswerkers weten niet wat te doen ?

“Gebiedswerkers breken zich momenteel het hoofd over wat ze in 2009 dan wel niet moeten, kunnen en willen aanpakken.”
Dat staat letterlijk te lezen op de Kortrijkse website, in de rubriek kortrijk.idee.be
Niet te geloven.

Gebiedswerkers niet verwarren met gemeenschapswachten of geitenwollensokkenstraathoekwerkers of een buurtsportmedewerker. Want dat bestaat ook. Hij krijgt jaarlijks van onze raamwerkers 15.000 euro. Loonkost. Weet er iemand wie dat is? Hij zorgt voor de Red Site.

Groot-Kortrijk is ingedeeld in 17 deelgebieden (stad zelf: acht). Maar hoeveel gebiedswerkers in hun gebied door het raam zitten te staren weet ik niet. Vier? Vijf? Is er soms nog een coördinator?
(Op de website van Stad geeft de zoekmachien geen resultaat bij het invoeren van de term “gebiedswerking”.)

Eén werker is bij iedereen wel bekend aangezien hij al sinds 17 mei een dagboek bijhoudt op www.kortrijk.be. Onzen Berthiel.
Nu vraagt hij bij zijn lezers om via zijn kanaal suggesties te doen aangaande werk in gebieden. En Berthiel geeft daarbij zelf enige suggesties.
We vernoemen er twee. De uitbouw van zijn eigenste blog ! Een internationale uitwisseling tussen gebiedsgerichte werking uit Cebu (ja!) en Stad Kortrijk.
Maar Berthiel toch !!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!

Hierbij onze suggestie.
Schrap in de begroting van volgend jaar enige posten die betrekking hebben op gebiedswerking.
Die begroting komt voor in de gemeenteraad van december.
Wat we nu al wel weten is dat Stad via het Stedenfonds voor de periode 2008-2013 ongeveer 13 miljoen euro mag verwachten.
Dat is jaarlijks ca. 2,2 miljoen en een groot deel van dat geld vloeit naar Berthiel en zijn collega’s. Onder de titel: “operationele subdoelstelling 2”. Slaat op het versterken van de fysieke en sociale leefbaarheid in stad en buurten. Daar gaat in dit jaar tot en met 2013 ongeveer 7,13 miljoen naartoe. Schepen Lieven Lybeer verzorgt daarmee zijn kiescliëntele.

We zochten in de begroting van dit jaar even de artikels op die puur betrekking hebben op gebiedswerking.
Om te kijken hoeveel Berthiel en de zijnen te verteren hadden.

In de “buitengewone dienst” (investeringen) voorzag men een bedrag van 300.000 euro. Het artikel 830050/723-60 draagt de raadselachtige naam “aanpassingswerken aan gebouwen in uitvoering”, maar heeft wel degelijk te maken met gebiedswerking.
Wat men met die som geld juist heeft uitgericht, daar breken de werkers zich nog het hoofd over.

De “gewone dienst” nu. In het actieplan van Stad is dat nummerke 16.7.5.
Oorspronkelijk beschikten de werkers over 27.000 euro voor hun werkingskosten. Met een begrotingswijziging is dat 107.000 euro geworden. Maar anderzijds zijn de “overdrachten” van 110.000 euro gedaald naar 30.000 euro.
Het totaal waarmee Berthiel en de zijnen hun werk konden doen bleef wel onveranderd: 137.000 euro.

Wat zijn dat hier: “overdrachten” ?
Dat is geld dat Berthiel en de collega’s kunnen weggeven aan Kortrijkzanen die een of ander eenmalig project opzetten om hun wijk wat leefbaarder te maken. Onlangs is daar nog een reglement over gemaakt en is er wat geld uitgekeerd.
Dat die overdrachten bij de tweede budgetwijziging tot 30.000 euro werden herleid wijst erop dat de gebiedswerkers ook dit jaar hun hoofd braken over de vraag “wat te doen?”

EI JE NOG EEN IDEE ?

Porno op kortrijkwatcher

Om de productiviteit van onze stadsdiensten te verhogen is er op de PC’s van ambtenaren, schepenen en kabinetsleden een filtersoftware geïnstalleerd.
Vorige zomer al signaleerden een aantal gebruikers dat de STADSBLOG ‘kortrijkwatcher’ werd “getriggerd” en afgeschermd als zijnde porno. En enkele weken geleden kreeg onze redactie via “anonymus” opnieuw de mededeling dat een bezoek aan deze weblog op het stadhuis beschouwd wordt als ongewenst surfgedrag.
Staat de Acceptable Use Policy (AUP) van de ICT-directie (bevoegdheid van schepen Jean de Bethune) dan niet toe dat er hier in de teksten bijvoorbeeld een term als CUMulatie voorkomt?

Brief (via e-mail ! cc.) geschreven naar Jean. Die geen e-mails leest.
Een week later al een antwoord. Zie hierna.
In het antwoord is gesteld dat op de automatische filteringen uitzonderingen kunnen. En dat men dat doet voor www.kortrijkwatcher.be. Ingesteld op 30/05/2008.
Binnen de site van kortrijkwatcher verspringen de urls van www.kortrijkwatcher.be naar kortrijkwatcher.be (dus zonder de www). Wist ik niet.
Awel, ik ben content dat het zo is. Content van de content.

Rest nog een vraag. Gaat de filtersoftware op het stadhuis zover dat men per gebruiker alle webrequests logt, en hierbij rapporten opstelt die per ambtenaar de bekeken websites aangeven, de browsing tijd en ook de e-mails?
Als dit zo is: zijn de ambtenaren wel op de hoogte van dit toolsysteem? Staat dit in het arbeidsreglement?


Mail


Klik hier om te vergroten.