(Zie nog het beloofde vervolg.)
Als antwoord op een vraag van VB-raadslid Wouter Vermeersch vertelde de stadsadministratie dat er in de periode 2019-2022 voor een totaal bedrag van bijna 2 miljoen euro is besteed aan externe consultans. Zonder de externe studieopdrachten bij bouwprojecten. (Zie vorige edities van deze alternatieve krant. In de reguliere gazetten zal u daar weerom niets over te lezen krijgen.)
Eigen aan onze redactionele neiging om te streven naar een uiterst cijfermatige nauwkeurigheid zijn we moedig aan het turven geslagen om na te gaan in hoeverre de bedragen door Stad opgegeven kloppen met de werkelijkheid. Moeten we die cijfers met een korreltje zout bekijken? Of zouden we niet beter een kilo of twee gaan stelen bij een bezoek aan de Poolse zoutmijn van Wielickza?
Een eerste oogopslag op de rekening van 2019 leerde ons reeds onmiddellijk én tot onze verbazing dat het mogelijk moet zijn om de kosten van de inhuur van externe medewerkers geheel exact weer te geven.
In de “algemene rekening” vonden we letterlijk een uitgavenpost PUUR gewijd aan consultancy. Met een belachelijk bedrag, dat wel. Maar het feit op zichzelf (dat dit kan) is van dusdanig aard dat het de kwaliteit van een rekening te goede komt. Dat men kan nagaan of het bestuur niet al te zeer afhankelijk is van dure consultans. Bijvoorbeeld.
Dit schept perspectieven inzake beleidsvoering en de controle erop, waarover later meer.
Nu gaan we een keer na hoe het stadsbestuur aan 488.993 euro komt inzake consultancy-uitgaven voor het jaar 2019.
——
In een vorig stuk gaven we een overzicht van een aantal opvallende (en onbegrijpelijke) uitgaven die volgens Stad in dat jaar werden uitgegeven aan externen. Het ging over 26 concrete projecten. Welnu, we vonden geen enkel van die genoemde uitgaven met naam en toenaam terug. Geen enkel. Alle rubrieken uit de jaarrekeningen hebben we zorgvuldig uitgeplozen: de lijst van bezoldigingen, uitgaven voor diensten, andere operationele uitgaven, investeringsverrichtingen, staat van opbrengsten en kosten.
Uiteindelijk kwamen we achteraan terecht bij de zgn. “proef- en saldibalans”. Onder het nummer 613 komt men dan uiteindelijk de uitgekeerde erelonen tegen, evenwel zonder enige mededeling over welke zaak het eigenlijk gaat.
Nogal kluchtig is dat we onder nr. 6131002 volgende uitgave terugvinden: “erelonen en vergoedingen consultancy“ voor een bedrag van niet minder dan…6.919,63 euro (debetsaldo). En er zijn nog andere ‘erelonen’ te vinden: voor ontwerp- en studieopdrachten, adviesraden, expertises, voor financieel beheer, en “andere” voor prestaties van derden. Totaal bedrag van al die erelonen: 729.689 euro. Vergelijk nu met wat het stadsbestuur voor dat jaar opgaf in antwoord op een vraag van raadslid Vermeersch.
Komt daar nog bij dat er in die “algemene rekening” nog een bedrag van 6.341.513 euro wordt vermeld onder de hoofding “Plannen en studies“. (Het nummer 2140000.)
Wat moeten we daar nu allemaal van denken?
Gewoon dit:
– Het zou een daad van goed bestuur zijn indien het College voortaan in de toelichting bij het “budget” (begroting) al zou aangeven waarvoor men denkt “consultancy” te moeten inhuren. Met een passende, gegronde motivering van die noodzakelijke beleidsondersteuning.
– Achteraf kan men dat in de “jaarrekening” aangegeven wat die consultanten zoal hebben aangegeven aan kosten en honoraria. Met een overzicht van de bewijsstukken. En of men content was over hun werk!
(Een consultant (expert) mag meer verdienen dan een vaste medewerker, maar is wel overbetaald als hij niet levert wat hij zou moeten leveren.)