Zopas (vandaag) heeft het Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed (VIOE) de – nieuwe – inventaris van het Bouwkundig Erfgoed voor Vlaanderen vastgesteld. Het gaat om een lijst van het in Vlaanderen gebouwde patrimonium met erfgoedwaarde en is nu te vinden op internet. Het gaat dus om zowel beschermde als niet-beschermde gebouwen.
Als we goed tellen, telt Kortrijk er 355.
Kortrijk-stad zelf 247. Aalbeke 7. Bellegem 19. Bissegem 6. Heule 31. Kooigem 9. Marke 21. Rollegem 15.
Enkele cijfers voor de binnenstad Kortrijk. Gevonden waardevol erfgoed zonder gekende straatnaam: 8. Grote Markt: 14. Hoog Mosscher: 17. O.L. Vrouwestraat: 13. Sint-Maartenskerkhof: 4. Lange Steenstraat: 6. Casinoplein: 3. Damkaai: 1. Minister Tacklaan: 10. Schouwburgplein: 3.
De vaststelling van de inventaris heeft vooral rechtsgevolgen voor het niet-beschermde waardevolle patrimonium.
Als u zoiets in eigendom hebt, wordt u voortaan onderworpen aan vijf wettelijke bepalingen die vroeger “slapend” waren, juist wegens het niet-bestaan van een officiële en recente lijst.
Die bepalingen zijn niet noodzakelijk allemaal restrictief. Bijvoorbeeld mogen gebouwen uit de lijst afwijken van de geldende normen op gebied van energieprestatie en binnenklimaat, voor zover die afwijking nodig is om de erfgoedwaarde van het pand in stand te houden.
Voor de beschermde gebouwen gelden natuurlijk nog steeds de juridische bepalingen uit het Monumentendecreet.
Wat ik me afvraag is of de bewoners of eigenaars van niet-beschermd waardevol erfgoed hiervan wel op de hoogte zijn gebracht. Hoe en door wie? Geraadpleegd ook?