Q&A over urbanistische projecten in Kortrijk mochten niet !

Gisteren 23 mei kregen geïnteresseerde Kortrijkzanen in de Budascoop een documentaire te zien van het team van de Vlaamse bouwmeester Leo Van Broeck onder de regie van Nic Balthazar.  (Met de tegenwoordig onvermijdelijke praatvaar Joachim Declerck.)

Titel: “Plannen voor Plaats”.
In die film maken een aantal urbanistisch getinte megalomanen (met zichzelf tevreden) een meesmuilende tocht langs dorpen en steden (ook Kortrijk en Harelbeke) op zoek naar vernieuwende ruimtelijke projecten, frisse ideeën over de inrichting van onze leefomgeving.
De Vlaams Bouwmeester berijdt er zijn – veel te veel om op te noemen – besognes: de verkavelingswoede, de verfoeilijke lintbebouwing, het tekort aan groen en open ruimte.  Klimaat. Met een pleidooi voor verdichting (hoogbouw) en een “betonstop”. (Tegenwoordig enigszins verdoken.)
(Iedere Vlaamse Bouwmeester moet zich namelijk binnen de eigen club achtereenvolgens even waar maken . Geen Vlaming weet tegenover wie in dat clubje.)

Gastspreker was ingenieur-architect  Filip Canfyn, gewezen – beetje dissidente – directeur stadsplanning en -ontwikkeling in onze stad onder de bevoegdheid van VLD-schepen Wout Maddens.  (Hij kwam hier in dienst van Stad begin 2008 en vertrok alweer midden 2011 op eigen verzoek en “in onderling overleg”.  Zoals dat heet.)

Op de uitnodiging voor de filmavond was uitdrukkelijk voorzien dat er na de vertoning aan ons –  Kortrijkzanen – alle gelegenheid zou geboden worden om over allerhande urbanistische stadsprojecten te praten, vragen te stellen.
Maar al onmiddellijk bij het begin van de Q&A-ronde  stelde Filip Canfyn dat hij op geen enkele vraag over Kortrijkse toestanden zou antwoorden.  (Niemand liep toen weg.)  Naar zijn zeggen was dat zo overeen gekomen met de organisatoren (Vorming Plus , afdeling Kortrijk).
Vorming Plus organiseert evenwel net een serie van dit soort avonden (vooral in september) in het kader van de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen.

Kortrijk blijft spreken!

P.S.
Geen huidig of toekomstig kandidaat-politieker  te zien.