Raadslid Mia Cattebeke verwart de gemeenteraad met soort gezondheidscentrum

Woord vooraf
We willen eerst nog even, en opnieuw dit zeggen, iets wat ons al jaren enigszins ergert inzake de werking van de gemeenteraad. We hebben het nog meegemaakt( (in de vorige eeuw) dat raadsleden waarlijk dachten dat er in een gemeenteraad geen plaats was voor ietwat diepgaande vragen, en nog minder voor het indienen van voorstellen.
Dat is intussen dus veranderd. Zeker tijdens de laatste twee bestuursperiodes regent het een stortvloed aan mondelinge en schriftelijke vragen, interpellaties en voorstellen. Zelfs de raadscommissies eindigen nu met een soort punt dat men zou kunnen bestempelen als varia.
Wat is nu onze grief?
– Sommige raadsleden dienen tussenkomsten in met de hoop om aldus in de pers te komen. Dat lukte vroeger wel eens maar sinds onze lokale gazetten nog nauwelijks rapporteren over de gemeenteraad (of de plaatselijke politiek in het algemeen) is die kans uiterst miniem geworden. Nu moet er per se heibel bij te pas komen, wil men de pers halen.
– Andere raadsleden dienen tussenkomsten over een materie die ze toevallig wat kennen, of omdat een of andere bewoner dit heeft gevraagd. Of het gaat om iets in hun buurt.
– Nog andere raadsleden dienen een vraag in, of stellen een simpele mondelinge vraag om te bewijzen dat zij toch nog ietwat functioneren als raadslid. Zij zijn te lui om de bestaande agendapunten te bestuderen of ze vinden dat allemaal veel te moeilijk.
– En dan zijn er ook raadsleden die punten opwerpen die eenvoudig kunnen opgelost door een belletje naar 1777 of naar het kabinet van een schepen.
– En er zijn zelfs raadsleden die een zaak te berde brengen, omdat zij niet eens weten dat die al is afgehandeld. Niet weten dat de oplossing al is te lezen in een of ander Collegebesluit, bijvoorbeeld.

Tot daar.
Mia Cattebeke is ongetwijfeld een naarstig en bekwaam raadslid.
Maar vanwege haar verleden is zij dusdanig gefocust op alles wat met (bijzondere) zorg, welzijn, jongerenproblematiek (en zo) heeft te maken dat zij nog enkel oog heeft voor dit soort zaken. Nu, op zich is het niet slecht natuurlijk dat een raadslid zich bekommert om een eigen “portefeuille”. Dat gebeurt zelfs te weinig – of helemaal niet – in onze gemeenteraad.
Maar Mia gaat met haar “voorstellen tot beslissing ” zodanig de technische toer op dat men zich kan afvragen of die voorstellen (in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn) nog wel tot de taak of zelfs de bevoegdheid van de gemeenteraad behoren.
Lees nu maar een haar voorstel (of beluister de gemeenteraad live), ingediend voor de aanstaande gemeenteraad van 19 februari, meer speciaal als agendapunt voor de Raad voor Maatschappelijk Welzijn. (Waarom moet dat nu weer een “interpellatie” genoemd worden?)
Mia wil dat er in onze woonzorgcentra een “optimalisatieprogramma” wordt geïmplementeerd met als doel de medicatielijsten van de bewoners kritisch te bekijken. In de praktijk om te komen tot een “medicatieschema” dat correct en volledig is, afgestemd op de individuele noden van de patiënt/bewoner”.
In een weeral veel te lange toelichting (met voetnoten!) verwijst Mia hierbij naar een project genaamd IOMB, dat wil zeggen: Intersectoraal Overleg Medicatie Bewoners.

Ik kan me zo inbeelden dat een directie van de woonzorgcentrum zich afvraagt: waar bemoeit die Mia, of die gemeenteraad zich mee?
(En is er is een dokter in de zaal!)

P.S.
De volgende gemeenteraad van maandag 19 februari is de eerste sinds bekend is geraakt dat de bestaande tripartite (coalitie VLD, Vooruit, N-VA) uiteenvalt en er een nieuwe Stadslijst in de maak is, een “alliantie” tussen CD&V en Team Burgemeester.
Spannend.