Uit onze rubriek “zagen en klagen”

Waarover willen we nu weer eens mopperen?
U hebt het zeker al eens meegemaakt, dat een bedrijf (winkel) in januari even sluit met de mededeling dat men de inventaris van het voorbije jaar is aan het opmaken.
Zo’n inventaris is een opsomming van investeringen, goederen, voorraden, geldmiddelen, schulden.
In een stad spreekt men van een jaarrekening.
Die komt hier jaarlijks pas tot stand in juni, een enkele keer in mei. Dus zeker nooit in januari…
De jaarrekening 2020 staat nu geagendeerd op de gemeenteraad van maandag aanstaande, 14 juni 2021.
Dit doet er ons aan denken dat er over nog een ander financieel dossier valt te zeuren.
Een gemeente moet nu jaarlijks én verplicht een opvolgingsrapport maken over het eerste semester van het lopende jaar. Dit rapport vermeldt een stand van zaken over de voorgenomen actieplannen, een overzicht van de reeds gerealiseerde ontvangsten en uitgaven, mogelijke wijzigingen in de financiële risico’s.
En dit moet minstens voor het einde van het derde kwartaal voorgelegd aan de Raad. Vorig jaar is men met het semesterrapport voor de eerste helft van 2020 naar de gemeenteraad gekomen in de maand september van dat jaar. Misschien nog net op tijd, maar feitelijk toch rijkelijk laat want men vertelde ons dat de opmaak ervan al dateerde van mei.
Hoe zou het zitten met het semesterrapport van dit jaar? Eind juni nadert!

Nu maar even ophouden met zagen en klagen. Er is veel werk op de plank.
Want het zal heel interessant zijn om beide documenten te vergelijken. Hoe argumenteert men bijv. de realisatiegraad van de investeringen in het semesterrapport 2020 enerzijds en in de jaarrekening 2020 anderzijds? De evolutie van de schuld? De impact van Corona? Etc.
Totaal aantal bladzijden te doorploegen voor resp. beide dossiers: 131 plus 267.

Tot kijk , beste lezer !