Journalistieke mores in onze lokale media: misbegrepen “hoor en wederhoor” (3)

De wijze waarop onze lokale pers de casus (waarbij is uitgekomen dat Stad Kortrijk een schadevergoeding van bijna een half miljoen moet betalen) heeft aangepakt is behoorlijk instructief en illustratief voor het gehalte, de kwaliteit van onze regionale gazetten en onze beeldpers (WTV).
Zie ons vorig stuk in deze elektronische krant.

We leerden voor de zoveelste keer dat ook in dit dossier onze verslaggevers niet kunnen verdacht worden van enige kennis ter zake. Men slaagt er niet in om aan de bevoegde schepen (hier in dit geval voornamelijk: SP.A-schepen van mobiliteit Alex Weydts) relevante, informatieve vragen te stellen. Laat staan puur feitelijke gegevens of kritische bedenkingen die de mandataris nog voor schut kunnen stellen ook.
Het was hier alweer nochtans echt nodig om de consciëntie van de schepen (of zelfs van heel het College- ook schepen Wout Maddens!) te onderzoeken. Taak van de pers is om aan waarheidsvinding te doen. Dat is niet gebeurd. Men liet schepen Weydts ongestoord heel de zaak verbloemen, bagatelliseren, en smoesjes verzinnen.

Ter redactie van ‘kortrijkwatcher’ circuleren omtrent de schadeclaim (en heel het project rond de site Texture) talloze pertinente vragen die de pers naar behoren had kunnen en moeten stellen. Maar we vermelden er, bij wijze van voorbeeld slechts één: zullen bewoners van de nog te bouwen assistentiewoningen en appartementen dan ook geen fietsenstalling krijgen? (Vraag voor Groen?)
Waarom beperken we onze resem vragen over de materie nu tot slechts één enkel punt?
Heel eenvoudig omdat de zaak nog een staartje zal krijgen in de eerstvolgende gemeenteraad van 8 maart en we de slapende verantwoordelijke honden niet willen wakker maken.
CD&V-raadslid Benjamin Vandorpe zal over de penibele kwestie een uitgebreide interpellatie indienen. Het zal er stuiven! (Jammer dat de zitting nog altijd virtueel moet doorgaan en niet fysiek.) Hoe zal de Groen-fractie reageren? (Het was de enige fractie die zich in het toenmalig bestuur van Parko verzette tegen de bouw van een ondergrondse parking.) En wat zal de houding of commentaar zijn van de raadsleden die vroeger zetelden in het bestuur van het vzw Texture-museum?
Zeer benieuwd.

Wat hebben de persberichten over de schadeclaim (vanwege de niet realisatie van de parking) ons nog geleerd over de plaatselijke journalistieke mores?
De oppositiepartij CD&V was in deze materie de klokkenluider.
Welnu, als de oppositie dan een keer een communiqué verspreidt dat het beleid van de tripartite enigszins op de korrel neemt (en door de pers wordt opgenomen!) , dan is de eerste pavlov-reflex van die pers om binnen de minuut een of ander lid van het schepencollege te contacteren. En binnen de minuut komt er een antwoord.
“Hoor en wederhoor”, weet je wel? Men laat de bevoegde mandataris (ongehinderd) zijn zegje doen. Een wederwoord vanwege de oppositie wordt daarna niet meer gegund. Gevolg is dat bij de Kortrijkzaan enkel en alleen de repliek van de mandataris blijft hangen.
Vanwaar die eenzijdige handelswijze van de pers?
De crux is dat de persjongens en -meisjes zeker bij zichzelf met enige trots bedenken dat zij hiermee journalistiek bekeken heel professioneel handelen. Ze hebben dat op hun school geleerd hoor.
Maar eigenlijk doen zij gewoon aan wederhoor, net omdat ze geen snars afweten van het te behandelen onderwerp. (En om hun amicale verhouding te blijven onderhouden met de tripartite.)
Het principe “hoor en wederhoor” is niet absoluut.
Een beslagen journalist die alles afweet van het onderwerp, die terdege alle mogelijke officiële, authentieke bronnen kent en heeft onderworpen aan enige “historische kritiek”, heeft geen nood aan een wederwoord.
Zo’n journalist schat het bericht van de oppositie op zijn juiste waarde en is als het ware op zichzelf het wederwoord. Een vraag om een reactie is dan compleet zinloos. (Men kan eventueel gewoon een ‘recht op antwoord’ afwachten en dat gelaten of niet publiceren…)
Fundamentele vraag is ten andere waarom onze lokale onderzoeksjournalisten zelf niet op het spoor zijn gekomen van de schadeclaim. (HLN van 7 juni 2019 had het al over die non-realisatie van de parking en deed er verder niks mee…)

Nog iets.
De omgekeerde “hoor en wederhoor” gebeurt in onze plaatselijke media nooit. Diverse bewindslieden van de tripartite bestoken onze pers letterlijk, praktisch dagelijks met berichten over hun beleidsdaden of voornemens, trouwens vaak nog voor die ter sprake kwamen in het College. Het is niet meer normaal, overdonderend.
Naar een reactie van de fracties uit de oppositie wordt dan evenwel niet gevraagd.
Braaf blijven als je nog nog ‘primeurs’ wil krijgen!
Journalisten die het toch meermaals wel zouden wagen, worden op de vingers getikt door de bestuurders of zelfs door hun eigen hoofdredactie in Brussel of Antwerpen (ja!) en geven er op de duur de brui aan, zoals in het verleden al is gebleken.

Zo.
Dit was het dan voor vandaag.