In een vorig stuk vertelden we wat volgens ons bestuur de impact van de corona-maatregelen (opgesomd in het document “Weg uit de crisis”) zou kunnen zijn op onze stadsfinanciën.
Hoe wil men die verliesposten (meeruitgaven) nu financieren?
Vooreerst door twee strategische buffers te halveren...Ja zeg!
Dat is wel zéér curieus, om twee redenen.
Schepen van Financiën Kelly Detavernier (N-VA) dacht namelijk vroeger dat juist die buffers zouden volstaan om de impact van de corona-crisis te bezweren. En de buffers zouden tegelijk dienen om mogelijke financiële risico’s in de toekomst te bezweren. Bijvoorbeeld de zware pensioenfactuur.
Passons…
Ja, het meerjarenplan 20-25 legde de evenwichtsvoorwaarden hoger dan wettelijk opgelegd.
Zo legde men het resultaat op kasbasis (nu genoemd: beschikbaar budgettair resultaat – BBR) ieder jaar vast op ca. 4 miljoen. Dat is hoog. Eigenlijk volstaat het dat het bedrag elk jaar gewoon positief is.
Dit jaar is het BBR geraamd op 4.127.837 euro. Men wil dat dus herleiden tot ca. 2 miljoen. Maar “Weg uit de crisis” legt niet uit welke post(en) men dan wel ziet verminderen.
Het BBR is de som van alle uitgaven en ontvangsten. Concreet: de som van de saldo’s van de posten exploitatie, investeringen, financiering (leningen) én het budgettair resultaat van het vorig boekjaar.
Volgens de schepen van Financiën zou juist dat hoge positieve resultaat van vorig jaar de redding brengen. Die post is nu gebudgetteerd op 39 miljoen euro en dat bedrag mag dus volgens Kelly zeker niet lager uitvallen. We kijken uit.
De tweede buffer die men wenst te halveren slaat op de autofinancieringsmarge. De AFM gaat na of een bestuur wel voldoende marge genereert uit de courante werking om de leningslasten te dragen. Wettelijk gezien moet de AFM enkel positief zijn in het laatste jaar van het meerjarenplan.
In Kortrijk is de AFM ieder jaar positief. In 2025 gaat het zelfs om 3,17 miljoen. Raar: in het relanceplan “Weg uit de crisis” heeft men het over 1 miljoen in 2025 en men wil dit herleiden tot 0,5 miljoen. En nog eigenaardiger is dat in het meerjarenplan net gesteld wordt dat men de AFM in 2025 absoluut wil houden op 1 miljoen om tegenvallers op te vangen.
Eén van die financiële risico’s ten gevolge van de economische coronacrisis is door het stadsbestuur al geraamd: een daling van de aanvullende personenbelasting. Het zou gaan om een minopbrengst van 3,4 miljoen in deze legislatuur. Dat is eigenlijk per jaar niet erg veel (op 25 tot 26 of 27 miljoen), maar er zijn nog andere (belangrijke) belastingsoorten die (zullen) verminderen: parkeerbelasting en naheffingen, logiestaks, verspreiding reclamedrukwerk, opcentiemen op de onroerende voorheffing.
Mogen we even concluderen?
We verstaan die maatregel tot halvering van die twee buffers niet zo goed.
Kelly wel?
P.S.
In een volgende editie van deze krant komt er commentaar op de andere (twee) maatregelen die genomen worden om de impact van corona op de financiën te bekostigen. Die zijn wel te bevatten…