Naschrift bij het “recht van anwoord” van Filip Canfyn (3)

In zijn brief van 31 mei (‘recht van antwoord’) steekt architect-ingenieur Filip Canfyn waarlijk sterk van wal.
Hij vindt dat ik in mijn stuk (van 24 mei) over de Bouwmeesterfilm en zijn bijdrage daarin “de bal zwaar mis sla”.
We gaan deze uitlating maar eens beschouwen als een stilistische hyperbool die wel een beetje inherent is aan de doorgaans nogal barokke schrijfstijl van de auteur.
Niet al te letterlijk op te nemen dus.
Want de heer Canfyn heeft factueel slechts één (niet essentiële) fout ontdekt in mijn reportage over die debatavond.  (Niet over de film.)  We schreven dat hij in 2011 ontslag nam als directeur stadsplanning en -ontwikkeling in Kortrijk, terwijl dat volgens hem gebeurde in het jaar 2013.

Ons stuk had het uiteindelijk enkel en alleen over één erg storende en niet te verstane gebeurtenis (een incident) op een Kortrijkse debatavond waarbij Vlaams Bouwmeester middels een film ” Plannen voor Plaats ” de grote lijnen van zijn meerjarenplan voorstelde.  In die documentaire kwam Kortrijk zelfs uitvoerig aan bod.
De landelijke filmvoorstellingen en de bijhorende nabesprekingen beogen overal  overduidelijk dat de kijkers  van de gemeenten waar de evenementen doorgaan daadwerkelijk worden betrokken bij de ‘denkoefening’.

Hier in Kortrijk is het seriële debat door de organisator ‘Vorming Plus’ van Kortrijk uitdrukkelijk gesteld in het teken van de komende gemeenteraadsverkiezingen. Uitdrukkelijk.
Hoe kan men dat beter doen dan door in te gaan op facetten van de plaatselijke of regionale ruimtelijke ordening, de successen en de mislukkingen, afgemeten aan de aanbevelingen van de Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck?

Zo hadden we bijv.  als meer gevoelige Kortrijkzaan persoonlijk wel eens willen weten wat gastspreker Filip Canfyn zoal kon denken (of dacht)  over het belangrijke Kortrijkse “pars pro toto”-geval van de grootscheepse verkaveling genaamd “Langwater”,  in verhouding tot de “betonstop”.
Maar dat kon dus niet. (” Ter Biest” nog daargelaten… De doortrekking van de Ringlaan . De overkapping dan.)

Canfyn liet al  meteen horen dat hij op geen enkele  wijze zou antwoorden op verwijzingen naar Kortrijkse stedenbouwkundige toestanden of gebeurtenissen.
Hij was dus beter thuis gebleven.  En wij ook.  (Weigert hij in andere gemeenten ook te spreken over plaatselijke feiten?)

In zijn “recht van  antwoord” verdedigt hij zijn houding op een wijze die ons helemaal niet kan bekoren.
Hij poneert:
“Mijn wereld is groter dan Kortrijk en ik heb geen enkele ambitie om te schoonmoederen. ”  (…) “Het is mijn taak om de thematiek en het discours open te breken, en ruimer te maken dan de eigen Kortrijkse achtertuin.”
Jawel, beste Filip Canfyn.
Maar we moeten toch ergens met een geval (pars pro toto) beginnen? (En dan toch niet in Ooigem, zoals in die gespreksavond in de Budascoop?)

Verder geeft Canfyn aan dat hij het in zijn schrijfsels nooit heeft over Kortrijk, behoudens twee uitzonderingen.  “Ik heb Kortrijk als pars pro toto genomen toen  ik het eens over de façaditis en over de K had.  That’s all.”

That’s all?
We herinneren ons een zeer fascinerend stuk over spannende verhoudingen  tussen Bernardo  Seccchi (ontwerper van de Grote Markt en de begraafplaats op Hoog Kortrijk),  zijn ‘kompane’ Paola Vigano en anderzijds Eduardo Souto De Moura (ontwerper van het crematorium ‘Uitzicht’),  plus waarlijk nog… broer Bart Canfyn en Filip Canfyn zelf.
Die stukken zijn dusdanig de moeite waard (soms dodelijk) dat we er nog willen op terugkomen .
En het boek “Wonen voor 200.000 euro all-in “ gaat toch alleszins tevens indirect ook over Kortrijkse problematiek?

P.S.
Canfyn heeft hierin gelijk.
Ik mag niet impliciet insinueren dat hij behoort tot het clubje van megalomane, meesmuilende architecten-urbanisten, werkzaam in Vlaanderen.  Ja, hij is daar echt te dissident voor.