Kan een advocatenkantoor dat werkt voor Stad mede de secretaris en de financieel beheerder evalueren?

GOEDE VRAAG ZEG.
VRAAGT OM EEN ANTWOORD.

Het College heeft al in juni 2013 beslist om het functioneren van de stadsecretaris (Geert Hillaert) en de financieel beheerder (de ontvanger Johan Vanhoutte) te evalueren. Dat is immers al een tijdje (onder het vorige bestuur) niet meer gebeurd.
Deze zgn. “decretale graden” worden geëvalueerd door een Evaluatiecomité bestaande uit het College van Burgemeester en Schepenen (CBS) en de voorzitter van de gemeenteraad. En die evaluatie gebeurt op basis van een voorbereidend rapport opgesteld door een externe deskundige in personeelsbeleid.

Het Kortrijkse bestuur geeft die opdracht tot het maken van een rapport (“begeleiding van de evaluatie”) traditioneel – al zeker sinds 2010 – aan Jobpunt Vlaanderen (Heverlee) dat hiervoor als dienstverlener beroep doet op de consultancy van Hudson en Accord Group.
Tot zover niets aan de hand.

In overleg met de N-VA-voorzitter van de gemeenteraad achtte het CBS het nu plots aangewezen om nog een andere externe deskundige aan te spreken. Die zou het CBS moeten “bijstaan bij de besluitvorming omtrent de evaluaties”.
Men heeft daarvoor drie advocatenkantoren aangeschreven, allen met zetel in Kortrijk. Slechts één kantoor gaf daaraan gevolg, met name Publius, gevestigd in het Beneluxpark.
Nu moet u weten dat de twee belangrijkste senioren adviseurs van dat kantoor heel frequent opdrachten krijgen van Stad. Nog wel stelselmatig voor de meer gewichtige of complexere juridische zaken waarmee het bestuur heeft af te rekenen. De genaamde mr. Dirk Van Heuven doet bijvoorbeeld alles waarbij de Raad van State is betrokken. En mr. Steve Ronse bijv. ingewikkelde betwistingen bij het Hof van Beroep.

Men kan zich gemakkelijk voorstellen dat deze heren bij hun werkzaamheden zowel fysiek als schriftelijk in contact komen met de stadsecretaris en/of de financieel beheerder. (De ontvanger dient ze nog wel uit te betalen ook.)
Diezelfde juristen worden dus nu geacht om het Evaluatiecomité – op een onafhankelijke wijze? – bij te staan in de besluitvorming over de evaluatie van die twee “decretale graden”.
Dit gaat heus ons deontologisch verstand te boven.
Onze klomp is gebroken.

Nog wat kanttekeningen, los van het bovenstaande.

1. Bij het verloop van de evaluatieprocedure heeft de gemeenteraad toch ook iets te zeggen?
Tot op heden is de Raad nog nergens bij betrokken. Het is nochtans wel degelijk de gemeenteraad die de wijze bepaalt waarop de externe deskundige de noodzakelijke informatie vergaart. Zou de gemeenteraad dan niet kunnen zeggen dat het deontologisch gewoon niet kan dat Publius mede is betrokken in de besluitvorming over de evaluatie (gunstig of ongunstig) van ambtenaren waarmee het kantoor heeft te maken?
Verder komt het de Raad toe om volgende zaken te regelen: de evaluatie tijdens de proeftijd, de duur van de evaluatieperiodes, de evaluatiecriteria, de gevolgen van de evaluatieresultaten. Waar en wanneer is dat gebeurd?

2. Bij de volledige vernieuwing van de gemeenteraad sluit de secretaris een afsprakennota met het CBS over de wijze waarop hij én het managementteam met het CBS zal samenwerken om de beleidsdoelstellingen te realiseren, alsook over de omgangsvormen tussen bestuur en administratie. Is die afsprakennota gemaakt?
We vragen dit mede omdat het een publiek geheim is dat de (8) functies van de financieel beheerder fel zijn aangetast, afgeslankt en ondermijnd. Hij heeft absoluut geen leiding meer over de financiële activiteiten van de stad. Is van bepaalde zaken niet eens op de hoogte gebracht. Publius zal daar ongetwijfeld rekening mee moeten houden bij de besluitvorming over de evaluatie (gunstig of ongunstig, en de gevolgen die men daar aan geeft).

3. Er zijn nu wel degelijk drie “decretale graden” te beoordelen.
Ook de ombudsman behoort daarbij. De procedure is wel anders.
Er is een bijzondere gemeenteraadscommissie hiertoe bevoegd. Een voorbereidend rapport is niet nodig. Gemeenteraad weet weer nergens van. Voorzitter wel??

P.S.
De tweejaarlijkse evaluatie van de decretale graden is een dure grap. Consultant Hudson vraagt hiervoor 11.500 euro en de Accord Group ongeveer evenveel. Publius zal zowat 7.500 euro kosten.