Toch nog wat onherroepelijke uitspraken van kandidaten

De twee grote kopstukdebatten geörganiseerd door de Perskring (17 april in de Katho) en Vormingplus (17 september, Conservatoriumplein) leverden geen markante uitspraken op vanwege de lijsttrekkers.
Het jongerendebat van K35 (14 oktober, ‘Bolwerf’ in de Veldstraat) was al wat vinniger. We hoorden daar van de VLD-kandidaat Arne Vandendriessche dat het volgende bestuur al meteen moet beginnen met het zoeken naar 10 miljoen euro besparingen en dat zijn partij absoluut geen nieuwe bibliotheek wil bouwen tijdens de volgende legislatuur en waarschijnlijk later ook helemaal niet. Voorts meende hij dat VLD-schepen Wout Maddens niet gelukkig is met de woongelegenheden die worden gebouwd op de Vlasmarkt.

Gisteren 3 oktober kregen zeven kopstukken in een aula van de universiteit alweer de gelegenheid om met elkaar in debat te treden. Vooral enkele uitlatingen van Quickie mogen niet in de vergeethoek belanden.

Lieven Lybeer (CD&V)

Laat ons maar meteen vertellen dat de inbreng van Lieven Lybeer (bijna drie jaar waarnemend burgemeester) beneden peil bleef. (Hij leek afwezig. Het is zijn biotoop niet. -KW.)
Na enige aarzeling stond hij toch achter het standpunt van burgemeester Stefaan De Clerck waarbij men vindt dat Stad autovriendelijk moet blijven. Maar Lieven blijft intussen wel het STAP-principe genegen. Die tramlijn naar ’t Hoge wordt wel een heel dure zaak en kan nog 20 jaar aanslepen. Lieven Lybeer wees er nog op dat hij (en niet De Clerck) de nultolerantie heeft ingevoerd, alsmede de bouwblokrenovatie in de Pluimstraat (dus niet schepen Maddens). Tenslotte weigerde Lybeer te antwoorden op de vraag of hij kandidaat-burgemeester is. Maar zijn reactie was toch veelzeggend: hij wacht op de verkiezingsuitslag, het is de kiezer die beslist.
(De vertegenwoordiger van Groen – David Wemel- wees er toen maar eventjes op dat een burgemeester niet wordt verkozen.)

Philippe De Coene (SP.a)

Philippe De Coene heeft niet de minste rancune overgehouden aan het feit dat men hem in 2006 heeft “buitengesmeten”. Als zijn partij opnieuw kan deelnemen aan het bestuur dan wil hij maar één ding: een fundamenteel ander beleid. “De arrogantie moet eruit.” Er doet zich een historische opportuniteit voor.

Hierbij past een parenthesis.
We verstaan nu beter wat er in “De Tijd” van zaterdag 29 september op pag.2 te lezen viel. De auteur van het stuk zegt dat Vincent Van Quickenborne mikt op een anti-CD&V-coalitie, wat zijn enige kans is om De Clerck de burgemeestersjerp te ontfutselen. Iedereen ontkent dan wel dat er voorakkoorden zijn, maar er is van alles aan het bewegen, zegt een insider.
“Er is niet zozeer sprake van een anti-CD&V-voorakkoord, maar van een anti-pretentie-akkoord”, zegt een betrokkene.
Vraag van KW: is De Coene hier als ‘betrokkene’ aan het woord?

Vincent Van Quickenborne (VLD)

– We zijn de meest verkeersonveilige centrumstad. (Men blijft dit maar herhalen. Dat is onjuist.- KW.)
– De zone-30 moet gerespecteerd en gecontroleerd.
– We staan achter het idee van een tramlijn naar Hoog-Kortrijk, maar busjes zijn toch goedkoper.
– We hebben het idee van een autovriendelijke stad wat verlaten. De Grote Markt moet volledig autovrij.
– Ook in de deelgemeenten moeten er camera’s met nummerplaatherkenning komen.
– Met 1,5 schepen kun je niet echt wegen op het beleid.
– We moeten naar een evenwichtig bestuur. Geen anti-coalitie vormen tegen de CD&V.
– De locatie van het crematorium is niet de meest ideale keuze geweest. (Evolis kwam ook in aanmerking.) Ik heb de indruk dat de locatie in de maag van de buren is gesplitst. Er zijn rechtszaken lopende. We moeten de uiteindelijke rechtspraak respecteren, OOK als op de gekozen site geen plaats is voor een crematorium.
– Over de vraag of er een parkeerplaats komt in het Kennedybos moet het volgende nieuwe bestuur in alle rust beslissen. Ik ben wel gevoelig voor dit debat.

Hoe is het gesteld met onze gemeentefinanciën ? (2)

In een vorig stuk zagen we dat tekorten in eigen dienstjaar worden opgevuld met afnamen uit het reservefonds (ook uit het Zilverfonds voor pensioenen en het Stedenfonds). Het gevolg is natuurlijk dat het reservefonds gaat slinken. Voor dit en volgend jaar beschikt het fonds nog over ca. 7 miljoen euro, maar volgens een prognose voor 2014 slinkt het bedrag naar 1,5 miljoen.

Een interessante indicator voor een financiële analyse van de gemeentefinanciën is de evolutie van het courant resultaat: het verschil tussen de courante kosten en opbrengsten per jaar. Courante kosten zijn: aankoop van goederen en de exploitatie ervan, personeelskosten, toegestane werkingssubsidies, aflossingen van leningen en financiële kosten. Courante opbrengsten slaan ondermeer op opbrengsten uit de fiscaliteit, exploitatieopbrengsten, ontvangen werkingssubsidies, financiële opbrengsten (deelnemingen).
Gedurende deze legislatuur was het courant resultaat altijd positief, maar het bedrag is vorig jaar wel fel verminderd tot slechts ca. 40.000 euro. In 2010 was het overschot nog 10,4 miljoen. In 2009 zelfs 12,2 miljoen.

Dit is me dunkt een veeg teken: de resultatenrekening is sinds 2010 negatief.
De resultatenrekening is een optelsom van o.m. het courant resultaat (dat dus dalende is), het exploitatieresultaat (is in 2011 ook verlieslatend geworden), resultaat van de reserves. In 2009 was het resultaat van het dienstjaar nog 12,2 miljoen euro. In 2010 geslonken tot – 1,5 miljoen en in 2011 tot – 5,4 miljoen euro. (Maar in dat jaar hebben we het verlies van 5 miljoen bij de Gemeentelijke Holding uitgeboekt.)

Laat het ons even hebben over de structuur van de schuld. We tellen de schulden ten laste van de gemeente op korte en lange termijn samen.
In 2007 (eerste jaar van deze CD&V-VLD-coalitie) ging het om 171,2 miljoen euro. In 2010: 202,6 euro. Vorig jaar: 205,0 miljoen euro.
Eind dit jaar bedraagt het nog te betalen saldo 177,8 miljoen. Betaalde intrest: 5,8 miljoen en jaarlijkse last 16,8 miljoen. Eind volgend jaar is het saldo 161,9 miljoen, de intrest 5,9 miljoen en de last 21,9 miljoen.

Om de schuldgraad te berekenen moeten we het eigen vermogen van de Stad kennen.
Dat is dus niet continu gestegen !
Vorig jaar bedroeg het eigen vermogen 282,3 miljoen. In 2010: 288,8 miljoen.

De schuldgraad beschouwen we nu als de verhouding tussen schulden op korte én lange termijn versus het eigen vermogen.
In 2007 was de uitkomst 0,63. In 2010: 0,70. Vorig jaar: 0,72.

Wat met de financiële draagkracht van onze stad, de solvabiliteit?
In 2011 was de uitkomst van de verhouding vreemd vermogen tegenover het totaal vermogen 0,433. Deze ratio geeft dus aan dat 57 procent van het vermogen van stad bestaat uit eigen vermogen. In 2007 was de ratio 0,402 en in 2010: 0,421.

(Wordt vervolgd…)

Hoe is het gesteld met onze gemeentefinanciën ? (1)

In de voorbij verkiezingsdebatten met kopstukken en ook met de jonge leeuwen (K35) kwam het item “financiën” nauwelijks aan bod. En partijprogramma’s zeggen hoogstens dat die financiën “gezond” moeten blijven. VLD-lijsttrekker Vincent Van Quickenborne opperde wel ergens dat we (dit jaar nog?) 10 miljoen euro moeten besparen, zonder aan te geven op welke posten. Personeel? Ook VLD-kandidaat en poulain van Quickie, Arne Vandendriessche, had het in het jongerendebat over 10 (zelfs 11) miljoen broodnodige bezuinigingen maar kon niet goed uitleggen waar dat cijfer vandaan komt.

We vermoeden dat het bedrag is geplukt uit het zgn. financieel beleidsplan 2012 tot 2014. Daar staat in een prognose voor 2013 dat de gewone uitgaven in dat jaar 128,56 miljoen zullen bedragen en de gewone ontvangsten 118,76 uero. Verschil 9,8 miljoen. Die ramingen in het financieel plan moet men wel met een korreltje zout nemen. (Wijlen schepen van financiën Hilde Demedts achtte ze van weinig belang…)

Laten we eens kijken naar het budget van dit jaar. In het eigen dienstjaar 2012 raamt men het tekort in de gewone begroting op 7,15 miljoen. Maar door het spel van overboekingen uit het reservefonds en een positief saldo van vorige dienstjaren wordt het geraamd algemeen begrotingsresultaat uiteindelijk toch nog net positief: + 58.640 euro. (Dat is weinig? We vergelijken niet graag met andere steden, maar in Leuven bijvoorbeeld is het al even weinig.)
Voor 2011 dan was er een negatief resultaat begroot van – 6,2 miljoen. Welnu, voor dat jaar kennen we de rekening: de ware, reële vastgelegde ontvangsten en uitgaven. Een saldo van +8,6 miljoen euro…Er kon zelfs 6,2 miljoen overgedragen naar dit jaar.
De begrotingsresultaten zijn overigens al die voorbije jaren van de bestuursperiode positief geweest: 7,5 mio (2007), 6,9 mio (2008), 10,4 mio (2009), 10,9 mio (2010), 8,6 mio (2011).

De vraag hoe het is gesteld met onze gemeentefinanciën kan niet louter beantwoord door enkel de begrotingen of rekeningen in ogenschouw te nemen. Laat ons ook eens zaken als de resultatenrekeningen bekijken, de courante resultaten, de structuur van de schuld, de lasten van leningen, de evolutie van het eigen vermogen.
Daarover later meer.

P.S.
Morgen woensdag 3 oktober laatste groot kopstukkendebat, in een aula van de universiteit. Kan het daar iemand hebben over de financiële toestand van Stad Kortrijk?

Safe-party-zone-label wil een merk worden

Fuifgangers in Kortrijk die met het logo “safe party zone” worden geconfronteerd moeten aan de ingang van het evenement hun identeitskaart laten scannen. Als het scherm rood oplicht staan ze in de database te boek als amokmakers en worden ze de toegang ontzegd. Wie binnen mag moet zich ook gedragen conform een huishoudelijk reglement. Geen drugs hoor ! Serieuze relschoppers worden middels een “bestuurlijk verslag” van de politie bij de burgemeester geroepen om hun verhaal te doen. Burgemeester besluit dan al of niet om een toegangsverbod van één jaar uit te vaardigen voor fuiven met het SPZ-label. (In de praktijk zijn alle fuiven in stadsgebouwen gelabeld als SPZ.) Organisatoren van SPZ-fuiven zijn per definitie erkende jeugdverenigingen en tenminste één lid heeft een opleiding als fuifbuddy gevolgd.

Het SPZ-systeem geniet van nogal wat interesse bij andere gemeenten. Naar verluidt verkoopt Stad nu zelfs de gebruikte software. Anderzijds is het zo dat bepaalde organisatoren ten onrechte beweren dat hun fuiven conform (zullen) zijn met het SPZ-systeem van Stad.
Vandaar wellicht dat het Team Jeugd nu overweegt om van SPZ een collectief merk te maken. Een geregistreerd collectief merk geeft aan dat de waren of diensten voldoen aan bepaalde gemeenschappelijke kenmerken. Het is een kwaliteitsgarantie. Bekend voorbeeld: het woolmark-symbool, of de term “keurslager”.

Er bestaat geen Belgisch systeem van collectieve merken. Het gaat om een Benelux-regeling. De aanvraag dient gericht tot het BBIM in Den Haag: het Benelux-bureau voor intellectuele eigendom. De houder van een collectief merk dient onafhankelijk te zijn en mag het niet zelf gebruiken. Hij moet immers zelf waken over de naleving van het reglement op het gebruik en toezicht van het merk.

Het Kortrijks Octrooi- en Merkenbureau heeft al een ontwerptekst opgemaakt omtrent dat reglement. Kortrijkwatcher kent de inhoud ervan niet. Benieuwd wie het merk zal mogen gebruiken.
Die ontwerptekst is nu voor advies overgemaakt aan het Kortrijkse advocatenkantoor Publius. Dat bureau was onze externe huisadvocaat tot in maart 2001. Momenteel heeft Stad geen externe huisadvocaat meer, want de termijn van het kantoor Cottyn uit Aalst is zonet beëindigd…De procedure voor de aanstelling van een nieuwe referentieadvocaat is nog lopende.

P.S.
Publius krijgt nog steeds alle ingewikkelde zaken in handen…Men vindt altijd wel een reden daartoe.
KW heeft geen weet van ook maar één een zaak die is behandeld door het kantoor uit Aalst.