Perceptie van niet-Kortrijkzanen over Kortrijk als cultuurstad

Het gerucht loopt dat de uitslag van de kwalitatieve studie van Jan Callebaut (zei vorige stukken alhier) over cultuur in Kortrijk vernietigend is. Dat is pertinent onjuist.
Wat is er gebeurd?

Marketinggoeroe Callebaut is op het onzalige idee gekomen om ook enkele Gentenaars en Antwerpenaars bij het onderzoek te betrekken. Motivering zou geweest zijn: Kortrijk moet zich niet spiegelen aan gelijkaardige centrumstadjes. Kortrijk moet meer ambitie vertonen dan bijvoorbeeld Roeselare.
Nou, we hebben het geweten.
Die respondenten niet-Kortrijkzanen (hoeveel waren het er eigenlijk?) zijn niet te spreken over onze stad. Je vraagt je af of ze Kortrijk wel kennen. Een typische uitlating van een zo’n madam uit Gent: “Kortrijk is niet de meest denkbare optie van de ideale city-trip, maar het kan misschien beter uitdraaien dan verwacht.” Een andere kakmadam uit Antwerpen zegt: “Er zullen wel evengoed winkels, restaurants, culturele initiatieven, enzovoort, zijn, maar allemaal kleiner en minder dan in Antwerpen. Je zal daar geen trekpleister hebben zoals het sportpaleis.” Helaas, heel waar, madam !
Een ander enkel iemand heeft het over “het hautain karakter van de bourgeoisie”. Nou, die respondent is hier zeker een halve eeuw geleden een keer geweest?

Het imago – de perceptie! – van Kortrijk is dus bij de enkele ondervraagde, grootstedelijke buitenstaanders absoluut niet goed. Had men het dan anders verwacht?

Inwoners zelf ervaren daarentegen Kortrijk spontaan als een gemoedelijk, gezellig stadje dat relatief veel te bieden heeft. Kortrijk biedt de voordelen van een echte stad (ruim aanbod van winkels, cultuur, onderwijs, …) maar zonder de nadelen, noch van een grootstad, noch van een dorp. Het is een leefbare woonstad waar je als inwoner voldoende voeling mee hebt.
Maar het is onduidelijk waar dat alles heen leidt. Bij de inwoners heerst – afhankelijk van de leeftijd? – een tegenstrijdig beeld van hun stad: enerzijds een conservatieve, afstandelijke en zelfs doodse plaats, anderzijds een boomende, levendige, innovatieve stad.

Stad heeft gewoon nog wat tijd nodig.

P.S.
Maar waar blijft die “stadsmonitor” van 2010?