Openbaarheid van bestuur en ICT

(In de update nog een vraagje.)

Een stukje schrijven als je kwaad bent is nooit goed. Het is daarom zeer mogelijk dat dit verhaaltje op vandaag niet wordt beëindigd.
Dat er morgen nog een update komt op deze bladzijde.
Waarom ben ik kwaad? Boos en tegelijk verdrietig?
De aanleiding is de klassieke druppel die de emmer doet overlopen.
De agenda van het schepencollege van gisteren 1 juli staat alweer nog altijd niet op de website van Stad. Al dagen “tijdelijk onbeschikbaar”. Het is al een paar keer gebeurd dat er geeneens een agenda te zien was. Communicatieambtenaar. Ik zeg u: dit is niet om te lachen, want voor wie een beetje serieus de Kortrijkse politiek wil volgen (vooral datgene wat staat te gebeuren) is deze agenda onmisbaar. Soms vraag ik me af wanneer en hoe de schepens de wekelijkse agenda met de broodnodige stukken te zien krijgen. Of schepens al dat papier dan lezen, in het weekeinde. Ja, dat vraag ik me af. Laten ze dat dan maar even over aan hun kabinetsleden?

En nu we toch boos zijn, nog een sneer: het College van onze schepens permitteert het zich om binnenkort niet meer te vergaderen gedurende vijf volle weken. Dit is ontoelaatbaar. Maar wie wordt er in die tijdspanne waarnemend burgemeester? Toch weer niet onze Lieven Lybeer ? Hij is in staat om tijdens dat verlof nog vijf rare dingen te doen. Weet nog niet welke.

We gaan daar nu niet erg diep op in, maar er zijn twee vormen van openbaarheid van bestuur.
Actieve vorm van openbaarheid van bestuur betekent dat bestuursinstanties aan de verplichting voldoen om de bevolking 1) systematisch, 2) correct, 3) evenwichtig, 4) tijdig en 5) op verstaanbare wijze voor te lichten over het beleid. Dat slaat dus op bijvoorbeeld de openbaarmaking van de agenda van het College. (De notulen mogen we nog altijd niet zien.) En probeer eens een verslag te vinden van de OCMW-Raad. Van het bestuur van het Stadsontwikkelingsbedrijf (SOK). Enzovoort.
Gemeenteraadsleden, doe eens een poging om de verslagen te lezen van de zgn. (uiterst belangrijke) ‘strategische colleges’. Weet u dat onze topambtenaren nog altijd denken dat beleidsvoorbereidende stukken (door hen ondertekend) niet openbaar zijn?

Zoals u ziet, ik ben kwaad. Niet boos, eerder verdrietig.
Op de wekelijkse persbabbels op dinsdagmiddag zegt de burgemeester wat hij kwijt wil en op eigen houtje (in den duik) wel eens zou willen beslissen. Neemt een enkele persjongen dan even apart. Weet die veel. Kijkt nooit een dossier in. Andere leden van het schepencollege doen het van thuis uit ICT-matig met de pers. Bellen de jongens gewoon op. Bestellen zelf een fotograaf. Zeggen: morgen ben ik daar, jij ook?

De passieve vorm van openbaarheid van bestuur betekent dat al wie daarom vraagt bijna om het even welk bestuursdocument kan in handen krijgen. Desnoods met uitleg. Er zijn zelfs raadsleden die dat niet geloven.

Hier past nu mijn persoonlijk verhaal…

In de maand december van vorig jaar emailtje gestuurd naar burgemeester en secretaris met de vraag om voortaan in principe inzage te krijgen in de documenten die raadsleden ontvangen. Bijvoorbeeld de notulen van het College, begrotingen en rekeningen, verslagen van raadscommissies, het jaarverslag van de Stad, enzovoort. Ik vraag nog beleefd om een onderhoud teneinde een aantal modaliteiten te bespreken. Praktische schikkingen. Wat met elektronische dragers? Voor papieren documenten ben ik bereid om de nodige retributie te betalen.
(Bedoeling is dat ik dan niet om de andere dag naar het stadhuis moet lopen.)

Bon.
In januari van dit jaar loop ik burgemeester en secretaris tegen het lijf, maar rep niet over mijn email. Gun ze nog wat tijd om te antwoorden.
Februari. Stadssecretaris roept me in de wandelgangen van het oud stadhuis in de gauwte toe dat er nog een rendez-vous op ons programma staat. Ik beaam dit.
Nog februari. Met burgemeester op café. Ik herinner hem aan de email. Hij weet er nog van maar zegt dat zo’n vraag naar allerhande documenten moeilijk valt. “Stel je voor, Frans, dat iedereen zoiets vraagt.”
Maart. Secretaris is heel verbaasd dat ik nog geen antwoord heb gekregen op mijn email. De verbazing is wederzijds.
April. Secretaris ziet mij bepaalde documenten afschooien bij een raadslid. Er volgt een haastig gesprekje. Nog altijd geen afspraak voor een audiëntie. Secretaris geeft mij nog mee dat raadsleden toch wel van bepaalde prerogatieven genieten.
Ik zou niet weten dewelke. Iedere burger mag zowat alle documenten in de ruimste zin van het woord en ongeacht de vorm (de drager) opvragen. De weinige uitzonderingen zijn vanzelfsprekend en interesseren toch niemand (bijv. een tuchtdossier).

Tot op vandaag dus nog altijd geen afspraak of regeling met burgemeester, secretaris, communicatieambtenaar.

Naschrift.
Nu er een heel systeem van e-decision (ICT) met intranet is ingevoerd kan het bestuur mij via één klik van alles toesturen. Kost niets.
En daarbij, met permissie. Ik beschouw mezelf wel als een journalist.
De redacteurs van “Gent blogt” mogen zelfs de persbabbels van het schepencollege aldaar bijwonen.

Nog een vraagje.
De pc’s van ambtenaren op het stadhuis zijn blijkbaar beveiligd.
Is het waar dat ambtenaren die via Google kortrijkwatcher opzoeken stoten op de mededeling dat het gaat om een onbereikbare pornoblog?
Als dit waar is, hebben we hier te maken met een volstrekt ongeoorloofde vorm van censuur.