Over het statuut van onze mandatarissen (2): kostenvergoedingen en fractietoelagen en sjerpen

Het Vlaams regeringsbesluit van 19 januari 2007 hierover is weer veel te summier, en zelfs niet altijd duidelijk. Men moet het verslag lezen, en dan nog blijven er raadsels te over. Met betrekking tot het gemeentebeleid van de Vlaamse Regering is dit besluit inzake goed bestuur de slechtste tekst die mij ooit is overkomen. Twee aankomende juristen publiek recht die even gedurende een minuut of twee samen dat besluit lezen maken er totaal gehakt van.
Zelfs onze stadssecretaris (inclusief de VVSG) en adjunct kunnen er niet gelukkig mee zijn. Ben niet zeker. Je weet nooit of ze niet hebben meegewerkt of een en ander bedacht bij dat spul.

Specifieke kostenvergoedingen
Ook voor de kuisvrouw?

Leden van de gemeenteraden, alsook hun voorzitters en commissievoorzitters en leden van de OCMW-raad kunnen – voor bepaalde kosten vergoed worden. Ik probeer te citeren, en niet eens volledig.
En het is de Raad zelf die beslist over die specifieke kosten. In de Politiek kun je voortaan zelf op eigen houtje beslissen welke kosten je voor jezelf wil laten vergoeden door uw werkgevers. Die werkgevers, dat zijn wij, de kiezers. Deze vaststelling is toch een goede reden om als waarnemend burger het huilen en het lachen weer even nader bij mekaar te brengen?

Absolute cijfers die de kosten van gemeenteraadsleden althans dan begrenzen zijn niet bepaald. (Voor de provincie liggen de zaken wel anders.)

Het is wel zo dat de terugbetaling van de gemaakte kosten wordt onderworpen aan drie cumulatieve voorwaarden:
– de kosten moeten verband houden met de uitoefening van het mandaat;
– ze moeten noodzakelijk zijn voor de uitoefening van dat mandaat;
– ze moeten bewezen worden (zijn niet forfaitair).

Er zijn dus verantwoordings- of bewijsstukken nodig en die worden beoordeeld door de gemeentesecretaris.
Raadsleden hebben inzage in die stavingsstukken (van anderen) en kunnen hierover in de gemeenteraad interpelleren. Dat is al iets.
Noodzakelijk voor het mandaat? Reizen naar China, naar de Fieliepienen, naar Lille?

Voor OCMW-raadsleden liggen de geldzaken nog helemaal anders.
De kosten moeten letterlijk voortspruiten uit een uitdrukkelijke opdracht van de OCMW-raad.

In het verslag bij het regeringsbesluit staan voor gemeenteraadsleden een aantal voorbeelden opgesomd van kosten, en die gaan nogal ver. Te ver?

– Zo zijn er terugbetaalbare kosten die “een gezinsvriendelijk karakter hebben”: kinderopvang, occasionele opvang, e.d.
– Kosten die betrekking hebben op de verzekering van raadsleden.
– Communicatiekosten: telefoon, internet, een personal computer, e.d. Plus de werking ervan: fax en kopieerapparaat. (GSM niet? Elektronische agenda? De stencilmachine ook nog?)
– Mobiliteitskosten: wagen, reis- en verblijfkosten.
– Representatiekosten! (Ook een smoking? Coiffeuse?)
– Kosten voor de persoonlijke vorming.

Het is erg, er zijn geen ‘civil servants’ meer.
Straks betalen we onze verkozenen nog hun kuisvrouw.
Ook verplaatsingskosten binnen de gemeente zijn aanrekenbaar: bijv. om naar het stadhuis te trekken, of naar een of andere culturele of sportieve manisfestatie. Dit gaat ons nu toch ook te ver?

Dat alles vraagt om een keiharde deontologische code.

En heel dat gedoe vraagt allemaal om veel praktische moeilijkheden.
Stel dat ons gemeentebestuur (voorheen een optie van onze burgemeester) opteert om aan de raadsleden een PC met aansluiting en abonnement te schenken, dan levert dit evenwel voor de mandataris een belastbaar voordeel op van 240 euro. Laat maar vallen. Zet alles op intranet, want ieder raadslid die naam waardig heeft al lang een PC.
En anderzijds zijn mandatarissen al gerechtigd om de kosten die zij maken in te brengen als aftrekbare kosten, of kunnen ze genieten van een speciaal kostenforfait.
Wat wordt er dan nu voordeliger?
Vormingskosten?? Daar kunnen de fractietoelagen toch voor dienen? EN ALLES WAT EEN GEMEENTERAADSLID DIENT TE WETEN STAAT TOCH OP INTERNET? Ofwel ben je gevormd of niet? Ofwel begin je er niet aan. A.u.b. zeg.

Heeft een gemeenteraadslid wel veel werk?
Me dunkt van wel. Zie onze informatieve bijdrage hierover van 22/06/2006. En andere, bijv. over competenties. Onze preuve tot examen.

Fractietoelage?

Ter ondersteuning van gemeenteraadsfracties (‘partijen’) kan jaarlijks een toelage verleend, ten laste van het gemeentebudget. In Kortrijk is dit al het geval. 125 euro per raadslid.

Maar nu komt het.
Die toelage kan enkel gebruikt voor de ondersteuning van “de werking” van de fractie in de gemeenteraadswerking. De middelen mogen dus niet gebruikt worden voor partijwerking, verkiezingen, ter compensatie van presentiegeld.
Men mag er boeken mee kopen, tijdschriften, vormingscursussen volgen, e.d.
Dus er niet gezamenlijk mee op café gaan.

Jaarlijks wordt overigens een gedetailleerd verslag gemaakt van de aanwending van die middelen. Dat verslag is openbaar en wordt zelfs voorgelegd aan de Raad !
Geld dat niet is aangewend tot ondersteuning van de fractiewerking wordt teruggevorderd of voor het volgende werkjaar in mindering gebracht.
Het is ongeveer het enige artikel in de tekst over het nieuwe statuut van mandatarissen dat ergens op slaat. Maar ben nu wel weer vergeten of dit in het besluit zelf staat of in de toelichting.

Een fractietoelage voor OCMW-raadsleden bestaat niet !
Want in een OCMW-Raad zijn er officieel geen fracties.

P.S.
OVER DE SJERPEN
In het nieuwe statuut van mandatarissen is er nog uitvoerig sprake van sjerpen.
Wat ik niet wist is dat mandatarissen niet enkel hun sjerp moeten dragen bij huwelijken of evenementen en zo maar ook in geval van oproer, kwaadwillige samenscholing of ernstige verstoring van de openbare rust. Tenminste als dit hoort bij de uitoefening van hun bevoegdheid. Dus: burgemeester met sjerp aan, aan het station.

Mannelijke mandatarissen dragen hun sjerp om de middel (embonpoint), met de zwarte rand bovenaan. Vrouwen over hun rechterschouder met de knoop in de linkerzijde, waarbij het zwart zich bij de hals (cleavage) bevindt.
De burgemeester is te herkennen aan de zilveren franjes. Schepenen aan de rode.
Op de sjerp staat nu ook in het kader van onze nieuwste onafhankelijkheidsstrijd een Vlaamse Leeuw. Een insigne van minimum 7 centimeter en maximum 9,5 centimeter in de hoogte en minimum 6 tot maximum 7 centimeter in de breedte.
Maar waar moet dat komen?
De bovenkant wordt aangebracht op 15 centimeter boven hun kwast. Voor de heren althans. Voor de vrouwen op 17 centimeter onder de schouder. Het nieuwe besluit vermeldt geen sancties bij overtreding.
Het wapenschild mag ook aangebracht op de sjerp. Facultatief. Laat ons daarmee wachten tot onze designstad een nieuw heeft ontworpen.
Geen plaatsbepaling van het “wapenschild van de stad” voorzien in het nieuwe statuut van mandatarissen.
In de rechter- of linkerhand?

VOORSTEL
Pff.
Het wordt nu echt tijd om weer eens een positief-constructief voorstel te formuleren.
In een stad als Kortrijk krijgen gemeenteraadsleden of OCMW-raadsleden het maximum van wat kan, als presentiegeld.
Als zij méér willen kunnen zij een andere hobby of society-gebeuren zoeken waarin zij ook bekwaam zijn. Voor hun vaardigheden en kennis(sen).
Voor mijn part: 200 euro per vergadering gegund. Bruto. Maar niet meer. (Normaliter zijn er per maand voor gemeenteraadsleden twee bijeenkomsten: een commissievergadering van maximaal een half uur, en een zitting van onbepaalde duur, maar meestal toch niet meer dan drie uren.)
DANKT U.