Projectplanning “regionaal erfgoeddepot” loopt helemaal in het honderd

(Staat niet in de gazetten.)

Over dat erfgoeddepot is  men al jaren aan het bakkeleien.
Maar pas in september 2014 is uiteindelijk beslist dat het zgn  “intergemeentelijk cultureel en onroerend erfgoeddepot ” voor Zuid-West-Vlaanderen in Kortrijk zou komen.  Te bouwen  op de site van De Vier Linden (groothandelsmarkt) in Heule.
Naar aanleiding van een interpellatie van raadslid Christine Depuydt (CD&V)  in zitting van februari 2015 was schepen Rudolphe Scherpereel (N-VA) er heilig van overtuigd dat de immers “eenvoudige constructie” helemaal af zou zijn eind van 2016.
Het schepencollege van mei van dit jaar stelde de planning wat bij:  men zou deze maand september starten met de ruwbouw en de omgevingsaanleg en dit alles zou dan  af zijn in september 1017, na één jaar dus.  De gehele afwerking (met schrijnwerk) tenslotte is nu voorzien voor januari 2018. Twee jaar later dan de schepen van Economie  ten stelligste heeft vooropgezet.

De werken moeten evenwel nog beginnen.
(Staat niet in de gazetten.)

Er is immers nog altijd geen  stedebouwkundige vergunning beschikbaar.
Intussen zit het tripartite-schepencollege met de handen in het haar.  Er is een heel vervelende kwestie opgedoken.
Voor drie loten van het project zijn al op 21 april 2016 offertes binnengelopen  en die kregen een verbintenistermijn (vroeger genoemd: gestanddoeningstermijn) tot 19 augustus van dit jaar.

Wat nu gedaan?
– Een gunningsbeslissing binnen de initiële verbintenistermijn kan niet meer.
Bij een eventuele niet-realisatie van die werken als gevolg van bepaalde omstandigheden heeft de gecontracteerde inschrijver recht op een schadevergoeding van 10 procent. Voor de drie loten samen bedraagt die 235.385 euro (incl. BTW).
– Het schepencollege zal evenwel de inschrijvers vragen om een verlenging van de verbintenistermijn met 90 kalenderdagen.
In dit geval kan de inschrijver een gemotiveerde verhoging van zijn offertebedrag afdwingen.  Die prijstoeslag moet wel onder het offertebedrag van de tweede gerangschikte inschrijver blijven.  Die eventuele verhoging van de offerte kan hier maximaal 233.077 euro (incl. BTW) bedragen.

P.S.
Uit de berekening van de boete van 10 procent kan men afleiden dat de drie loten samen 2.353.857 euro kosten.  De raming was ietwat hoger: 2.383.473 euro.
Het gaat om de loten 1) ruwbouw en omgevingsaanleg,  2) gevelsluitingen en gordijngevel, 3) schrijnwerken en afwerking.
In mei laatsleden raamde men de totale kostprijs van het depot op 4.151.337 euro (incl. BTW).  Hierin zijn inbegrepen:  de werken (7 percelen),  de beveiliging, de levering van meubilair,  de  studies,  de nutsaansluitingen.
Stad Kortrijk zou de grond inbrengen (550.000 euro) en 1 miljoen voor de bouw.
De rest zou moeten komen van de provincie en van FOCI-Vlaanderen.